Horecaondernemers hebben sinds 2018 te maken met het puntensysteem, waarmee de gemeente incidentele festiviteiten in goede banen wil leiden (Foto: Dimitri Pröbsting)
Horecaondernemers hebben sinds 2018 te maken met het puntensysteem, waarmee de gemeente incidentele festiviteiten in goede banen wil leiden (Foto: Dimitri Pröbsting) Foto:

'Onze binnenstad hoort een bruisende plek te zijn'

DELFT - De meningen over de incidentele festiviteitenregeling zijn verdeeld. Belangenverenigingen in de binnenstad zijn tevreden, maar volgens diverse fracties en muziekminnende Delftenaren moet het zogenoemde puntensysteem op de schop. Dat leidt tot discussie.

Door Cheyenne Toetenel

Het puntensysteem werd in 2018 ingevoerd na overleg met bewonersverenigingen in de binnenstad en Koninklijke Horeca Nederland (KHN) afdeling Delft en zou, op verzoek van de raad, na een jaar samen met alle belanghebbenden geëvalueerd worden. De regeling is na deze evaluatie op een punt veranderd, de aanmeldtermijn van 14 dagen is teruggebracht naar 10 dagen. Dit met oog op de weersomstandigheden die lastig zo ver van tevoren kunnen worden voorspeld. Uit de interesse voor het debat dat plaatsvond in de commissie Economie, Financiën en Bestuur, werd duidelijk dat niet iedereen zich kan vinden in de evaluatie en dat nog bij veel partijen onvrede heerst over het huidige puntensysteem. Zo ook bij Marcel Koelewijn, commissielid van Stadsbelangen Delft, en Marnix Weiler, raadslid van STIP.

Puntensysteem
Het puntensysteem is door de gemeente ingevoerd om de toename van het aantal kleinere evenementen en festivals in Delft in goede banen te leiden. In de regeling kan een organisator of instelling maximaal twaalf keer per jaar een incidentele festiviteit houden, waaraan een maximum is verbonden van één activiteit per vier weken. Elke instelling krijgt jaarlijks een saldo van twaalf punten. Afhankelijk van de duur en de locatie van de festiviteit worden een of meerdere punten in mindering gebracht op het totaal. Bij een buitenactiviteit loopt dit op naar drie of vier punten in een keer, afhankelijk van de eindtijd. Zijn de punten op, dan kan dat jaar geen evenement meer worden georganiseerd door de ondernemer.

Te smalle basis
Ontevredenheid wordt geuit over de uitvoering van de evaluatie van het puntensysteem. "Deze is niet met alle belanghebbenden uitgevoerd met als gevolg dat een flinke groep Delftenaren zich niet kan vinden in de uitkomsten van de evaluatie", aldus Weiler. Koelewijn sluit zich hierbij aan: "De evaluatie vond plaats op een te smal draagvlak. Alleen de belangenverenigingen van de binnenstad en de KHN Delft hebben inspraak gehad, terwijl zij in 2018 zelf tot deze regeling zijn gekomen met de gemeente. Dat is een veel te smalle basis om over het systeem te oordelen." Stadsbelangen Delft, STIP én de SP besloten daarom dit onderwerp te agenderen tijdens een beeldvormende sessie, waar een stevig debat plaatsvond. Koelewijn: "Muziekliefhebbers vanuit zowel de binnenstad als de wijken hebben niet kunnen deelnemen aan de evaluatie. Ook bijvoorbeeld binnenstadbewoners die er wonen vanwege de reuring waren niet bij de evaluatie betrokken. Die hebben geen stem gehad in de evaluatie. Het resultaat geeft dan ook een incompleet beeld van de situatie. Door de beeldvormende sessie hebben zij nu wel een stem gekregen, dus een bredere basis is gelegd."

Bruisend Delft
"Sinds de invoering van de regeling in 2018 zijn het aantal optredens van bands flink afgenomen", stelt Koelewijn. "Indien een activiteit buiten plaatsvindt, worden direct drie of vier punten afgenomen. Dat betekent dat een ondernemer slechts drie of vier buitenfestiviteiten per jaar mag organiseren, want daarna zijn de punten op. Daarbij komt ook nog eens dat festiviteiten maar eens per vier weken mogen plaatsvinden, wat ook geldt in de zomer. Terwijl dat juist het seizoen is waarin veel mensen behoefte hebben aan leuke bandjes op terrassen." Ook Weiler is er niet over te spreken: "De huidige regeling zorgt voor steeds minder festiviteiten en dat baart ons zorgen. De binnenstad is het podium van de hele stad en hoort een bruisende plek te zijn." Koelewijn: "Niemand zit te wachten op overlast, maar een beetje reuring hoort bij de stad. Niemand wil continu herrie, maar live muziek op een zomerse zondagmiddag, daar heeft toch niemand last van?"

Onder druk
Een punt dat tijdens de commissievergadering naar voren is gebracht, is dat de lokale ondernemer in deze tijd onder druk staat. Koelewijn: "Het gaat niet alleen maar om de horecaondernemer, want het gevolg van de invoering van de incidentele festiviteitenregeling gaat veel verder dan dat. In deze tijd waarin de concurrentie groot is door internet, moeten de winkeliers het hoofd boven water houden. Zij moeten het hebben van het onderscheidend vermogen in zo'n gezellige binnenstad. Mensen moeten worden getrokken door festiviteiten, waardoor zij ook sneller de Delftse winkels binnen stappen. Muziek en cultuur zijn nodig voor het voortbestaan van de Delftse ondernemers. De gemeente moet daar gehoor aan geven."

Versoepeling
Koelewijn en Weiler pleiten beiden voor versoepeling van het puntensysteem waar mogelijk. Koelewijn: "Veel van de wetgeving rondom geluidsnormen en evenementen is landelijk vastgelegd, maar de ruimte die er is om hier gemeentelijk van af te wijken moet gebruikt worden. Zo kan de frequentie die nu is vastgelegd op eens in de vier weken worden geschrapt of verbreed. Alleen door de regels aan te passen, kunnen we Delft weer laten bruisen." Ook Weiler ziet die wijziging zitten: "Het puntensysteem is in essentie een zelfregulerend systeem, maar werkt op dit moment beknellend voor ondernemers met minder festiviteiten tot gevolg. Wij zijn benieuwd wat de burgemeester van onze suggesties vindt, of zij ruimte ziet om de regeling te versoepelen en wij kijken uit naar de besluitvorming in de raadsvergadering."

Belangenverenigingen
De belangenverenigingen kunnen zich niet vinden in het geschetste beeld van eerdergenoemde fracties en besloten daarom niet aanwezig te zijn bij de beeldvormende sessie. "De huidige regeling lijkt te doen waarvoor hij bedoeld is, namelijk een betere spreiding te realiseren van de in het verleden ontstane cumulatie aan evenementen en festiviteiten", aldus Van Bogedom van belangenvereniging Binnenstad Noord. "Ons uitgangspunt was de regeling in Utrecht. Vanwege horecaconcentratiegebieden mogen horecainrichtingen daar maximaal twee incidentele festiviteiten per jaar houden. Er is uiteindelijk een puntensysteem gekomen met een prikkel om een festiviteit eerder binnen te houden dan buiten en in het geval van de activiteit in de buitenlucht eerder op de dag. Dat hebben we een kans willen geven. In plaats van dankbaar te zijn voor zo een genereuze regeling in vergelijking met andere gemeenten in het land is een 'framing-campagne' op gang gekomen waarin onder meer omwonenden zijn weggezet als notoire klagers. Dat is slecht gevallen. Het is verbijsterend dat om versoepeling wordt gevraagd. Sommige fracties hebben de achterliggende gedachte van de regeling niet begrepen of willen begrijpen en de evaluatie niet goed gelezen."

Gemeente Delft
In de commissie Economie, Financiën en Bestuur is uitvoerig gesproken over de evaluatie incidentele festiviteiten. De regeling bevat na de evaluatie enkele aanpassingen, maar burgemeester Marja van Bijsterveldt liet weten nu niet nog meer aanpassingen te doen, omdat de regels al behoorlijk ingewikkeld zijn. Een woordvoerder laat weten: "Over de inhoud is de burgemeester nog in gesprek met de betrokken partijen. Ze komt daar later graag op terug."

Wordt dus ongetwijfeld vervolgd, na de raadsvergadering die plaatsvindt op 5 maart.