Maurice Bavelaar beleefde bij alle drie de clubs waarvoor hij speelde prachtige tijden en speelt nog steeds voor Concordia. (foto: Roel van Dorsten)
Maurice Bavelaar beleefde bij alle drie de clubs waarvoor hij speelde prachtige tijden en speelt nog steeds voor Concordia. (foto: Roel van Dorsten) Foto:

Hoe gaat het met Maurice Bavelaar?

DELFT - Maurice Bavelaar (49) begon bij Delft, had een prachtige tijd bij DHC, maar verpandde zijn hart aan Concordia.

Bavelaar groeide op in de Buitenhof. "En in de vrije uurtjes was ik op het veldje aan de Van der Kamlaan continu aan het voetballen met jongens van een jaar of vijf ouder, die bij Delfia of DHL speelde. Ik meldde me op mijn zesde aan bij Delft, omdat dat het dichtst bij huis was. Ik kwam al direct in het elftal bij René Lander."

- Heb je ook in de hoofdmacht gespeeld?
"Nee, want rond mijn zestiende vertrok ik naar DHC. Ik kwam er meteen in de regionale B-jeugd terecht, waarmee we tegen clubs als Feyenoord, Sparta, ADO en UVS speelden. Je zag aan alles dat Regi Blinker heel goed kon voetballen en hij vertrok al snel naar Feyenoord. Na vier jaar jeugd volgde de stap naar de senioren."

- Hoe beviel dat?
"Dat was wel even een stap, want ik keek huizenhoog tegen die mannen op. Wel werden we, vooral door Cees Adegeest en Eric Wolf heel goed opgevangen. Tijdens één van de eerste trainingen moesten we de bal overkoppen en daarbij de naam noemen van degene naar wie je kopte. Guus Haak riep tegen me dat ik de naam moest noemen, maar ik gaf aan dat ik niet alle namen kende. Daarop zei hij: 'Dan roep je maar Peter, daar hebben we er drie van'."

- Stond je snel in de basis?
"Best wel. Eerst als linksback, later schoof ik door naar het middenveld. Jan van den Akker, die altijd bruine boterhammen bij zich had, werd onze trainer. René Lander kwam over van Delft en Michael Stet van Delfia. Verder speelden we onder anderen met Silvano Bellai en Jeffrey Lang. We waren een hechte groep en bleven na trainingen altijd lang in de kantine om te kaarten en te flipperen. Wel hadden we het moeilijk in de hoofdklasse."

- Waarom vertrok je?
"Mijn maatje Michael Stet, die al eerder bij Concordia had gespeeld, vertrok die kant op en ik vond het rond mijn achtentwintigste een mooi moment om met hem mee te gaan. Van die stap heb ik nooit spijt gehad, want Concordia is echt mijn club geworden."

- Hoe was het daar?
"We hadden een geweldig elftal met David Snelleman, Martijn Poot, Vincent Krul, Laurens Sandell, Martijn Blankhorst en Wouter Lander. De puzzel viel in elkaar, want we werden ongeslagen kampioen en stootten daarna door naar de eerste klasse via een beslissingswedstrijd tegen Sparta. De sfeer was ook fantastisch. Na mijn stoppen, ben ik een paar keer teruggekomen."

- Wat was het mooist?
"Bij DHC was dat de promotie naar de hoofdklasse via een beslissingswedstrijd tegen Stormvogels. We wonnen met 4-0, waarbij Muk van Berkum er drie scoorde. Verder waren het seizoen, waarin we met Concordia ongeslagen kampioen werden en de promotiewedstrijd tegen Sparta hoogtepunten. Ook de wedstrijden met DHC tegen Oranje en PSV zal ik nooit vergeten. Een persoonlijk hoogtepunt was dat ik tijdens het eerste Delftse Voetbalgala de gouden schoen voor de beste speler kreeg uitgereikt door Hans Dorjee."

- Wat doe je nu nog?
"Ik speel in het derde met een aantal oud-eerste elftalspelers. We spelen eerste klasse en we halen er veel plezier uit. Daarbij gaat het niet alleen om de wedstrijden zelf, maar vooral om de vriendschap. Daarnaast spelen mijn twee zoons bij Concordia en ik volg ze op de voet."