Logboek van de patrouille Bevers van padvindersgroep Marnix van Sint Aldegonde, 1952-1953 (Archief 372, inv.nr 19)
Logboek van de patrouille Bevers van padvindersgroep Marnix van Sint Aldegonde, 1952-1953 (Archief 372, inv.nr 19) Foto:

365 dagen Delft: Avonturenlogboek

Wekelijks presenteren Ingrid van der Vlis en Gerrit Verhoeven hier een archiefschat. Nieuwsgierig geworden? Op www.stadsarchiefdelft.nl verschijnt zelfs dagelijks een nieuw verhaal, 365 dagen lang!

Meer dan honderdduizend kinderen en jongeren zijn lid van scouting, waar ze wekelijks lol hebben en de meest geweldige avonturen beleven. Er zijn scouts op het land, in het water en zelfs in de lucht. Delft heeft maar liefst vijf scoutinggroepen, dus je komt ze werkelijk overal tegen. Maar ook in het archief? Jazeker. Alleen moet je dan zoeken naar 'padvinderij', zoals de jeugdorganisatie tot 1973 heet. De club is wel anders dan nu. Het oefenen van praktische vaardigheden staat centraal. Sluipen, EHBO, kaart en kompas komen vrijwel iedere week aan bod.
Zo heeft Robert Baden-Powell het in 1907 ook bedacht. Als blijkt dat veel jongens 'soldaatje' willen spelen, schrijft hij een handboek voor hen: Scouting for Boys. Oorlog moet niet verheerlijkt worden, maar het spelenderwijs aanleren van vaardigheden kan volgens Baden-Powell geen kwaad. Die opzet slaat aan. Vanaf 1910 ontstaan de eerste Nederlandse padvindersgroepen, waar jongens – en kort daarna ook meisjes – wekelijks bij elkaar komen. Tot 1941, als de Duitse bezetter de organisatie verbiedt.
Na de oorlog groeit de padvinderij fors. Dienstvaardigheid en zelfredzaamheid passen goed in het naoorlogse streven om 'de jeugd van tegenwoordig' in het gareel te krijgen. Iedere dag een goede daad en een heitje voor een karweitje slaan aan bij de ouders, de avontuurlijke activiteiten doen het goed bij de jeugd. In Delft schieten groepen uit de grond. Meisjes kunnen terecht bij de Weegbreegroep, de Juliana van Stolberggroep of de Maria van Reigersberchgroep. Jongens gaan naar de katholieke verkenners of naar een van de protestantse padvindersgroepen Keerlen, Willem de Zwijger, Aymon, Piet Retief of Marnix van Sint Aldegonde. Wie toen bij die laatste groep zat, kan nu bij het Stadsarchief zijn hart ophalen. Wekelijks leefden de leden zich uit op het maken van een verslag voor hun logboek. Er werd geschreven, getekend en geplakt – en niet voor niets. Een aantal van deze logboeken uit de jaren veertig en vijftig is bewaard gebleven. Lees hier alles terug over spectaculaire speurtochten, zinderende zomerkampen en knetterende kampvuren. Hoort zegt het voort!