Marcel Andriessen en Mariëlle Bakker halen er veel voldoening uit om in teamverband mensen met borstkanker er bovenop te helpen.
Marcel Andriessen en Mariëlle Bakker halen er veel voldoening uit om in teamverband mensen met borstkanker er bovenop te helpen. Foto:

Borstkankerzorg: mooi en soms ook aangrijpend

Voor oncologisch chirurg Marcel Andriessen en oncologisch verpleegkunde Mariëlle Bakker is elke maand van het jaar borstkankermaand. Op de mammapoli van het Reiner de Graaf zijn ze dagelijks in de weer om patiënten door deze ziekte heen te helpen. Van diagnose tot nazorg.

Door: Jesper Neeleman

Waarom ze juist op deze afdeling werken? "Op de afdeling oncologie bouw je echt een band met patiënten op", antwoordt Marcel Andriessen. "Ook als ze al zijn behandeld, volgen we ze nog een periode. Bovendien ben ik een teamspeler. Wij werken hier samen in een team om iemand beter te maken." Dat laatste spreekt ook Mariëlle Bakker aan. Ze werkt al 25 jaar als verpleegkundige. Na haar opleiding koos ze bewust voor oncologie. "Het klinkt misschien gek", zegt ze. "Maar het is toch een hele leuke baan. Met elkaar zorgen we hier voor de mensen."
Het is niet de meest vrolijke afdeling in een ziekenhuis. "Uitslagen kunnen tegenvallen. Wij doen vervolgens ons uiterste best om patiënt door de ziekte heen te helpen", zegt Andriessen. "We proberen de situatie om te buigen." In veruit de meeste gevallen lukt dat. Soms niet. "Dan heb ik het daar ook moeilijk mee", zegt Andriessen. "Het zou gek zijn als dat je niet aangrijpt." Mariëlle Bakker knikt instemmend. "Als het me niet meer zou aangrijpen, dan zou ik ander werk gaan doen."
Het is nooit leuk om mensen na een onderzoek te moeten vertellen dat ze borstkanker hebben. "Maar we zijn opgeleid om dit te kunnen doen", zegt Bakker. Bovendien, voegt Andriessen eraan toe: "We proberen meteen een behandelplan te maken en afspraken te plannen. Dat geeft houvast." Verder volgen gesprekken waarin de specialisten alles kunnen vertellen over de ziekte en hoe die zich bij de patiënt heeft ontwikkeld. "Want wat je niet moet doen, is zelf informatie op internet opzoeken. De patiënt krijgt op de mammapoli patiëntinformatie op maat", zegt Andriessen.
Borstkanker is in meerdere opzichten een bijzondere ziekte. "Borstkanker geeft meestal geen klachten", noemt Andriessen een voorbeeld. "Iemand loopt bijvoorbeeld een marathon en een week later hoort ze dat ze borstkanker heeft." En als iemand genezen is, blijft een terugkeer van de ziekte vaak als een zwaard van Damocles boven het hoofd hangen. "Het onbezorgde is er, bij mensen die borstkanker hebben gehad, vaak wel vanaf", weet Bakker. Des te belangrijker is goede nazorg. De specialisten van het Reinier werken hiervoor onder meer met een lijst die handvatten geeft om met elkaar over in gesprek te gaan. Eén op de zeven vrouwen in Nederland krijgt borstkanker. Waarom dit er precies zoveel zijn, is niet bekend. "Het heeft voor een klein percentage te maken met genetische aanleg", zegt Andriessen. "De ziekte komt relatief veel voor in Noord-West Europa. Veel meer dan bijvoorbeeld in het Midden-Oosten. Wat ook een verklaring kan zijn, is dat wij hele goede apparatuur hebben en de ziekte dus eerder constateren. Maar waarom het precies bij ons vaker voorkomt? Wisten we dat maar, dan kon we het wellicht beter voorkomen." De borstkankerzorg in het Reinier de Graaf is al jaren prima georganiseerd. Oncologie is één van de belangrijke pijlers binnen het ziekenhuis. Het Reinier had de eerste mammapoli van Nederland. Borstkankervereniging Nederland beloont het Delftse ziekenhuis elk jaar weer met een roze lintje voor de uitstekende borstkankerzorg. Misschien nog wel mooier, vinden Andriessen en Bakker de waardering die ze vanuit de patiënten krijgen. Persoonlijke reactie, maar ook de patiënttevredenheidscijfers, die boven de 9 liggen. "Het is heel fijn te merken dat ze onze zorg als prettig ervaren", zegt Bakker. "Dat is toch waar je het voor doet." Zorg is meer dan een patiënt beter maken, geeft ze aan. "Ik probeer iemand, ondanks de moeilijke tijd, toch altijd even te laten lachen. Even ontspannen. Want ik ben niet alleen die witte jas. En de patiënt is niet alleen de patiënt. We zijn mensen, moeders. We behandelen de mensen hier zoals we zelf ook behandeld zouden willen worden."