Groen rond Delft niet verder aangetast door nieuwbouw
DELFT – Het groen in de omgeving van Delft blijft groen. Er wordt niks meer vanaf geknabbeld. Alle bouwplannen in Haaglanden, die neerkomen op nog eens 45.000 woningen erbij in het jaar 2025, worden gerealiseerd bínnen de huidige bebouwingsgrenzen van de negen dorpen en steden in deze regio.
Analyse door: Henk de Kat
De gemeenteraad van Delft heeft afgelopen donderdagavond van harte ingestemd met deze politieke lijn. Binnenkort verklaren naar verwachting ook alle acht andere gemeenten binnen het Haaglanden-gebied zich ermee akkoord: Midden-Delfland, Pijnacker-Nootdorp, Rijswijk, Westland, Den Haag, Zoetermeer, Wassenaar en Leidschendam-Voorburg.
De 'niet-verder-het-groen-in' koers is vastgelegd in de nieuwe Woonvisie Haaglanden. Dit betekent natuurbehoud van de huidige weilanden, bosgebiedjes en waterplassen rondom Delft, Schipluiden, Pijnacker, Nootdorp en elders. Wel gaat buiten de bestaande grenzen de al gestarte bouw door in bij voorbeeld de Harnaschpolder, voormalig agrarisch gebied. En ook langs de Prinses Beatrixlaan, op de grens van Rijswijk en Delft bij 't Haantje, zal volop verder worden gebouwd, op plekken waar voorheen kassen stonden. Maar verder zien de negen gemeenten nu met elkaar in dat ze afbreuk doen aan de kwaliteit van deze regio, als ze – zoals vroeger steevast gebeurde – groenzones zouden opofferen voor nieuwe bouwlocaties.
Aantrekkelijk
De regio Haaglanden zou zich dan in eigen voet schieten, want de negen bouwbeleid-wethouders willen – met die van Delft voorop – dit zuidwestelijk stukje Randstad meer profileren als een woonomgeving die ook aantrekkelijk moet zijn voor mensen met hogere inkomens. Denk aan personeel bij onderwijs, zorginstellingen, de TU, kennisbedrijven, bestuursinstituten. Deze bevolkingscategorie, die wat te besteden heeft en dus voor geld in het laatje zorgt van de gemeentekassen en de lokale economie, moet zeker worden verleid hier te (komen) wonen. En dat doe je met een combi-aanbod van een comfortabel koophuis, het strand dichtbij, een parkje op loopafstand, makkelijk bereikbare fiets- en wandelmogelijkheden in de omringende wijdere polders, plus de geneugten van uitgaan in een nabije stad.
Maar ook voor financieel minder bedeelde bevolkingsgroepen moet er nog heel wat woonruimte bijkomen. Zo is er volgens de verantwoordelijke wethouders van de negen Haaglanden-gemeenten grote behoefte aan huizen voor 'lage middeninkomens', met een bruto jaarsalaris van 35- tot 45.000 euro. Die verdienen net teveel voor een gesubsidieerde woningwetwoning, en net te weinig voor een koophuis-hypotheek. Volgens de wethouders is vanuit die groep veel vraag naar een woning met een maandhuur tussen de 710 en 1.000 euro. Delft gaat daar ook op inzetten.
Verder signaleren de beleidsmakers in Haaglanden aanzienlijke belangstelling voor compacte woonruimten uit de hoek van 'dynamische netwerk-stedelingen', zoals ze in de regionale Woonvisie worden aangeduid: flexwerkers en zzp'ers, daarnaast ook mensen die zijn gescheiden. Voor die groepen hoeven overigens niet perse nieuwe bouwlocaties te worden aangeboord. Nadrukkelijk wordt voor hen gekeken naar de ombouw van leegstaande kantoren tot woontorens. Rijswijk en Zoetermeer bij voorbeeld, waar flink wat kantoor-overschot is, zoeken al naarstig naar investeerders die op deze trend willen inspelen.
De deze week aangenomen Woonvisie Haaglanden besteedt ook aandacht aan de situatie van senioren, voor wie als gevolg van teruglopende overheidsfinanciering een rem is gekomen op opvang in een bejaardenhuis. Gestreefd wordt nu naar een aanbod van flatwoningen met zorgcentra erin of er vlak bij, zodat ouderen met hulp om de hoek zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen. Delft stimuleert deze vorm van senioren-woningen bij voorbeeld in flats rond winkelcentrum De Hoven. Maar ook eigen initiatieven, zoals groepswonen van ouderen, worden gesteund.
Uit dergelijke ontwikkelingen spreekt al dat de negen Haaglanden-gemeenten niet meer eenzijdig willen mikken op vooral nieuwe eengezinswoningen, zoals vijftien jaar geleden het geval was in Vinex-wijken als Emerald, Ypenburg en Wateringse Veld. Er is meer verscheidenheid nodig in het woningaanbod, klinkt nu als parool. En daarbij wordt – is althans het politieke voornemen – ook gemikt gedaan op spreiding van sociale woningbouw, om te voorkomen dat nieuwe probleemwijken ontstaan door klontering van goedkope huizen. In bestaande flatwijken wordt gekeken naar herplaatsing van een teveel aan sociale woningbouw naar andere delen van de gemeente, als aanpak van eventuele problematiek.
Gasloos
De negen gemeenten konden het niet eens wonen over een totale overschakeling op 'gasloos' bouwen: nieuwe woningen met alleen maar stroom. Woonwethouder De Prez wil deze milieuvriendelijker energievoorziening wel zoveel mogelijk realiseren, wat Delft met z'n diverse milieu-instituten natuurlijk alleen al aan zijn stand als prominente techniekstad verplicht is. Zo is de Harnaschpolder al 'gasloos', en ook op het vroegere TNO-terrein aan de Schoemakerstraat, krijgen de – overigens toch weer vooral duurdere – eengezinswoningen standaard een dak van zonnepanelen.
Voor Delft is het geen al te lastige opgave om alleen nog maar binnenstedelijk te bouwen, en niet in het groen. Want het Spoorzone-gebied is bijna helemaal bouwrijp: binnenkort kan ook worden begonnen in de buurt van de Engelsestraat.
Verder wordt in het stadhuis van Delft gedacht aan benutting van woonmogelijkheden langs de Schieoevers, op oude bedrijfsterreinen daar zoals de Kabelfabriek. En niet te vergeten: ook de omgeving van station Delft-Zuid biedt mogelijkheden, zeker als daar over een aantal jaren een station met vier sporen ligt met dan om de zes minuten een trein die er stopt. Er zijn stellig plannen om ook hier te gaan bouwen. Waarschijnlijk dan in de vorm van middelhoge flats, gericht op de vraag naar compacte woonruimten voor die 'dynamische netwerk-stedelingen'.