Cok de Booij werd onder Chris Kronshorst een nog completere voetballer en speelde met zijn vier zwagers, de gebroeders Gronsveld, in één elftal. (foto: Roel van Dorsten)
Cok de Booij werd onder Chris Kronshorst een nog completere voetballer en speelde met zijn vier zwagers, de gebroeders Gronsveld, in één elftal. (foto: Roel van Dorsten) Foto:

Hoe gaat het met Cok de Booij?

DELFT - Cok de Booij (61) bleef Delfia zijn leven lang trouw en werd onlangs onderscheiden vanwege zijn 50-jarig lidmaatschap.

De Booij begon aan de Kogelgieterij, terwijl hij in de Wippolder woonde. "Maar ik ging mee met John en Cock de Wit, die bij ons in de buurt woonden. We speelden partijtjes tegen jongens die bij Wippolder speelden. In die tijd speelden we nog pupillenvoetbal met een onderlat. Van een collega van mijn vader, ook een Delfiaan, kreeg ik mijn eerste voetbalschoenen, met stalen neuzen."

- Met wie speelde je in de jeugd?
"Onder anderen met Jan Heijdra, Cock in den Haak, Hans Recourt, Frans Aschman en John de Wit. Op mijn zeventiende kwam ik definitief in het eerste onder Wim Noordam. Het jaar ervoor zat ik weleens wissel, viel ik drie minuten in en werden we kampioen. Ook werd ik met Hans Galjé, Peter Lips en André Cinjee geselecteerd voor de Haagse jeugdselectie."

- Hoe beviel het in het eerste?
"Hartstikke goed. Na Wim Noordam kwam Miel Hollaard en in 1975 werden we kampioen. In de kampioenswedstrijd moesten we winnen en stonden we met 1-0 voor. Toen ik vijf minuten voor tijd de verlossende 2-0 binnen kopte, stormde het publiek het veld op en kreeg ik iedereen over me heen. Uiteindelijk keurde de scheidsrechter hem af."

- Jullie werden wel kampioen?
"Natuurlijk en de ontlading was groot. Op de feestavond die volgde, leerde ik mijn huidige vrouw kennen."

- En later Chris Kronshorst...
"Inderdaad, daar werden we technisch nog beter door al dat kappen en draaien. We speelden heel mooi voetbal, lieten zelfs in de finalepoule van de Stad Delft Bokaal DHC achter ons. Daarnaast was de sfeer geweldig. Uiteindelijk zette Chris Gerard Knoester en mij naar het tweede, maar haalde hij ons, toen het niet lekker ging weer terug. Uiteindelijk speelden we ons nog veilig. Met Gerard nam ik trouwens altijd de vrije trappen. Ik wipte de bal op en hij schoot hem snoeihard op doel. Het was een beproefd recept voor goals."

- En nadat je stopte?
"Heb ik nog een paar jaar bij de veteranen gevoetbald. Verder ben ik jeugdtrainer geweest bij Delfia en Vitesse Delft, waar mijn zoons speelden. Daarnaast gingen we tot een paar seizoenen geleden met jongens uit die tijd bij het eerste kijken. Nu zoek ik er zo nu en dan een leuke derby uit aan de hand van het programma. Verder dart ik inmiddels alweer achttien jaar lang op aardig niveau en met heel veel plezier. Mijn team speelt in de Delftse eredivisie."