Afbeelding

Hemd van het Lijf: Evelien van der Kruit

Algemeen Hemd van het lijf

Na 11 jaar het gezicht te zijn geweest van Delft Marketing, neemt Evelien afscheid. Zij vervolgt haar avontuur bij Hilversum Marketing.

Waarom bij het Delfts blauwe hart  op de foto?
“Omdat dit alles is waar ik de afgelopen 11 jaar mee bezig ben geweest bij Delft Marketing.”

Wat is jouw band met Delft?
“Ik ben geboren en getogen in Delft. Ik heb er vrienden voor het leven gemaakt, gedanst, gezongen, ben er uitgegaan, heb er gewinkeld, ik ben er moeder geworden, ik heb bijna elk hoekje van de stad verkend en ik heb de afgelopen 11 jaar als directeur van Delft Marketing mijn bijdrage mogen leveren aan de positionering van de stad. Alle fijne gesprekken, de nieuwe ideeën en constructieve samenwerkingen zijn verbonden aan de stad en ze maken dat ik die periode nooit zal vergeten.”

Hoe is het voor jou allemaal begonnen bij Delft Marketing?

“Ik werkte in die periode als ZZP-er bij verschillende opdrachtgevers, onder meer in Den Haag, Zoetermeer en Antwerpen. Ik kreeg een opdracht bij Delft Marketing en moest daarvoor 50 ondernemers interviewen over de wensen en ideeën die zij hadden als het ging om Citymarketing. Die gesprekken waren zo leuk en inspirerend dat ik besloot te solliciteren naar de rol directeur-bestuurder van Delft Marketing toen die vrij kwam. Ik had enorm veel zin om mij in te zetten voor mijn ‘eigen’ stad en zag veel mogelijkheden.”

Waar heb jij je de afgelopen jaren zoal voor ingezet met Delft Marketing?
“We hebben de organisatie en onze begroting robuuster en toekomstbestendiger gemaakt, om als samenwerkingspartner een stabiele factor in de stad te kunnen zijn. We hebben een goede afstemming en uitwisseling van ideeën en wensen opgezet tussen de gemeente, de politiek, de ondernemers en bedrijfsleven, kennisinstituten, de cultuursector, vastgoedeigenaren en de bewonersvertegenwoordigers. Daar zijn veel zinvolle projecten en samenwerkingen uit voortgekomen. We hebben ook het netwerk in de regio verder verstevigd en we zijn als Delft aangesloten bij landelijke initiatieven op het gebied van bezoekerseconomie en kennisuitwisseling. Daarnaast is één van de kerntaken van Delft Marketing om de stad op de kaart zetten in binnen- en buitenland. In die nationale en internationale campagnes heeft Delft steevast een plek gekregen.”

Vanwaar jouw afscheid?

“Het is de kunst in het leven om voor een afscheid te durven kiezen wanneer dat eigenlijk nog te vroeg komt. Dan is het weliswaar met een naar gevoel in de buik, maar overheerst de set aan mooie herinneringen en ervaringen, en de warme gevoelens. Dat heb ik steeds voor ogen gehouden in de afweging om wel of niet nu weg te stappen uit mijn rol in Delft, op het moment dat er een hele mooie andere uitdaging op m’n pad kwam. En dat is ook precies hoe het nu uitpakt voor mij: een klein beetje met bloedend hart, maar ook enorm trots op wat we hebben bereikt met alle partners, met een brede glimlach als ik denk aan al die leuke gesprekken en verrijkt door alle leerzame en inspirerende ervaringen die ik hier heb opgedaan.”

Hoe voelt het om afscheid te moeten nemen van Delft?

“Nou, zo dus: een hele bonte mix van gevoelens. Trots, verrast door alle warme woorden van de afgelopen weken, vol vertrouwen in de mensen die verder gaan met het merk Delft, blij met de resultaten die gezamenlijk zijn bereikt. Maar ook met een zwaar gevoel op de maag. Maar het voelt niet als ‘vaarwel’, eerder ‘tot ziens’. Alles waar de stad zich mee manifesteert, blijf ik op korte afstand en met veel belangstelling volgen.”

Wat zijn jouw hoogtepunten als je terugkijkt op 11 jaar Delft Marketing?
“Over het geheel: de merkwaarde die Delft nationaal en internationaal heeft opgebouwd vanwege onze unieke combinatie van kennis en techniek, traditie en geschiedenis, de bedrijvigheid, cultuur, de gastvrijheid van de stad, de overlegtafels waar alle belangen samenkomen. Concreet hebben we in de afgelopen jaren een Conventionbureau opgezet, waarmee toonaangevende kennisevents naar Delft worden gehaald en waar de academische wereld en bedrijven elkaar treffen. En ondertussen natuurlijk gastvrij worden ontvangen in onze horecavoorzieningen, tijdens hun programma’s de geschiedenis en cultuur tot zich kunnen nemen en geld uitgeven bij de lokale ondernemers. Verder hebben we een Hooglerarenplatform opgezet, met inmiddels al zo’n 100 leden. Delft heeft zich een aantal jaar geleden weer aangesloten bij de landelijke VVV-organisatie, waardoor we toeristen in Delft weer een goede begeleiding voor hun verblijf konden bieden. Een highlight was het themajaar Gouden Eeuw, waarbij we samen met de cultuursector, gemeente, bedrijfsleven en inwoners van de stad een prachtige programmering voor het hele themajaar hebben kunnen neerzetten, met bijvoorbeeld vijf dagen lang live-uitzendingen van Omroep Max vanaf de Markt en daarmee een week lang landelijke exposure voor de stad.”

Wat maakt jou het trotst?

“Hoe Delft nationaal en internationaal wordt ervaren als stad waar je gastvrij ontvangen wordt, waar we de geschiedenis laten zien maar ook voorop lopen in innovatie. Delft is een stad waarvan iedere bezoeker het ‘t waard vindt om weer terug te komen. Als ik kijk naar de afgelopen 11 jaar, ben ik ook trots hoe we met al die verschillende stakeholders zijn gaan werken en bouwen, en dat we altijd trouw zijn gebleven aan de gezamenlijke doelstellingen. Terwijl het natuurlijk best wel eens kon schuren vanwege verschillen in belangen. Maar uiteindelijk werden die verschillen dan toch vaak opzij gezet en konden we er ook weer om lachen. Het is een enorme eer om dit voor Delft gedaan te hebben: de stad van Delfts blauw, Vermeer en zijn tijdgenoten, in combinatie met techniek en innovatie. Dat alles in een prachtig historisch decor. Niet voor niets is de slogan: ‘Delft creating history’. Delft zal altijd in mijn hart blijven.”

Wat zou je doen als burgemeester van Delft?

“Doorgaan met wat de burgemeester nu al doet: partijen samen brengen, het gemeenschappelijke doel benadrukken, en mogelijk maken dat samenwerkingspartners zoveel mogelijk met elkaar voor elkaar kunnen brengen. Dat is in essentie de taak en verantwoordelijkheid in die positie. En stiekem zou ik die rol misschien ook gebruiken om een eigen voorliefde te realiseren: meer poppodia voor bandjes in de stad waar jonge muzikanten en ook de oude rotten hun muziek kunnen delen met publiek.”