'We moeten inwoners actiever en inclusiever betrekken bij gemeenteplannen'
'We moeten inwoners actiever en inclusiever betrekken bij gemeenteplannen' Foto: Alyssa van Heyst

Raadstaal: Kyra Gremmen (Volt)

Politiek

Wat doe je naast je raadswerk?
Naast mijn raadswerk ben ik onderzoeksadviseur bij gemeente Leidschendam-Voorburg. Daar houd ik me bezig met het opstellen van beleid en monitoring. Op dit moment werk ik bijvoorbeeld mee aan de Omgevingsvisie.

Wie is als het over politiek gaat een voorbeeld voor jou?
Er zijn verschillende politici die ik erg inspirerend vind: Renske Leijten en Pieter Omtzigt natuurlijk ,omdat zij hun tanden hebben gezet in de toeslagenaffaire. Marianne Thieme, inmiddels geen kamerlid meer, bijvoorbeeld omdat zij laat zien dat je kan opkomen voor je idealen.
De Partij voor de Dieren is een relatief kleine partij, maar toch dienen zij enorm veel moties in, drukken ze een behoorlijk stempel op het debat in de Kamer. Dat vind ik gaaf! Je hoeft niet de grootste partij te zijn om impact te hebben.
Dat is iets dat Volt ook laat zien in de Tweede Kamer.

Waarom koos je voor Volt?
Wat mij enorm aanspreekt bij Volt is de positieve, genuanceerde roep om bestuurlijke vernieuwingen, de roep om anders naar de problematiek in de samenleving te kijken.
De klimaatcrisis, wooncrisis of vluchtelingencrisis lossen we niet op door binnen onze eigen grenzen te kijken. Toen ik dat las in hun verkiezingsprogramma dacht ik, logisch eigenlijk ergens wel, maar waarom kijken we er dan niet zo naar?

Wat heeft Volt voor de Delftse bevolking bereikt?
Nou, bescheidenheid is hier natuurlijk op z’n plaats want we zijn net drie maanden actief in de Delftse gemeenteraad. Ik hoop dat wij met Volt in Delft ook een nieuwe groep inwoners aanspreken. Bijna 20% van onze stad is internationaal; maar dat geluid is nog weinig vertegenwoordigd in de raad. En ik hoop dat we een flinke dosis vernieuwing meenemen. We zijn nieuw en leren nog, maar proberen tegelijkertijd vast te houden aan ons eigen geluid. Dat hebben we de laatste weken in de raad wel laten zien. In plaats van ellenlange stukken voorlezen, stellen we kritische vragen over inhoud en proces, en zijn we op zoek naar onze eigen manier om iets bij te dragen in het debat. De meest kritische vraag was het amendement op het aantal bestuurders dat we indienden tijdens het coalitiedebat. Die bezuiniging was noodzakelijk én toegezegd in de Kadernota 2021, maar toch werden er niet 4 maar 5 bestuurders voorgesteld. Dat vonden wij niet transparant, dus kaartten we het aan.

Daarnaast hebben we vorige week in de Raad op ons initiatief een motie unaniem aangenomen: het bedrag dat vanuit het Rijk beschikbaar is gesteld voor energie-armoede leggen we vast. We zien helaas dat veel huishoudens hun weg nog niet vinden naar de gemeente voor een aanvraag, en we wilden zeker stellen dat het geld dat voor deze huishoudens beschikbaar was. Bijvoorbeeld door het meefinancieren van een isolatieplan van sociale huurwoningen.

Wat zou je, politiek gezien, graag willen verwezenlijken?
Een van de belangrijkste redenen waarom ik geïnteresseerd raakte in de politiek is denk ik mijn vader. Mijn vader was timmerman en verloor in de recessie van 2009 zijn baan. We hadden het al nooit breed thuis, maar die periode was echt zwaar voor mijn ouders, met twee net studerende kinderen. Wat ik vooral ook zag is dat zij het vertrouwen volledig kwijtraakten in de overheid en in de politiek. Waarom deed de Tweede Kamer niet meer om vakmensen in de bouw te beschermen? Mijn moeder hield eigenlijk angstvallig toeslagen en dergelijke af, uit angst om die later te moeten terugbetalen. Ik begon destijds net aan mijn studie en nam enkele bijbaantjes om toch het studiegeld bij elkaar te sprokkelen. Het financiële gedoe werd me teveel. Na het behalen van mijn Bachelor raakte ik zo zwaar in de put dat ik professionele hulp nodig had om daaruit te komen. Ik stopte met studeren om daaruit te komen en belandde in de bijstand.

Het duurde destijds acht weken voordat ik duidelijkheid over mijn aanvraag kreeg, terwijl ik toen in een ontzettend kwetsbare periode zat zonder inkomen. Ik zat in een traject, maar werd toch maandelijks door drie verschillende instanties gebeld wanneer ik weer aan het werk kon. Dat gaf alleen maar meer stress. Ongeveer een jaar later was ik weer opgekrabbeld en begon ik aan mijn Master. Mijn scriptie schreef ik over de situatie in de bijstand en over het gebrek aan vertrouwen in mensen in dat systeem. Het opsporen van mogelijk frauduleus gedrag ging zover dat het ‘het criminaliseren van bijstandsgerechtigden’ werd genoemd. Ik deed onderzoek naar verschillende gemeenten in hoeverre die criminalisering terugkwam in hun beleid.

Later motiveerde dit mij ook om bij een gemeente aan de slag te gaan omdat je juist daar impact kan maken in het leven van mensen. Precies zoals mijn ouders en ikzelf die impact ervaren hebben. Zonder hulp van de gemeente en het vrijwilligerswerk bij de dierenopvang dat ik jaren heb mogen doen in Enschede, had ik nooit mijn studie kunnen afmaken. En datzelfde zou ik willen bereiken in de politiek. Het vertrouwen in ons sociale vangnet en in onze vertegenwoordigers moet terug. Daarvoor moet het systeem radicaal op de schop! Ik ben daarom een fervent voorstanders van vertrouwens-experimenten in de bijstand, het loslaten van allerlei controles bij armoede-regelingen en het basisinkomen.

En daarnaast moeten we een beter vertaling maken van het ‘ambtelijke’ naar de leefwereld van de mensen voor wie voorzieningen bedoeld zijn. De gemeentelijke dienstverlening kan nog zoveel inclusiever, gemakkelijker en toegankelijker worden gemaakt. Er is bestuurlijke vernieuwing nodig. We moeten inwoners actiever en inclusiever betrekken bij gemeenteplannen en ons inspannen om juist die groepen te bereiken, die nu niet voldoende kunnen meepraten. Als daar een klein beetje meer van was geweest, had het leven van mijn ouders er destijds wellicht heel anders uitgezien. Als we maar een klein beetje dat vertrouwen kunnen herstellen en een paar gezinnen weten aan te spreken die allang uit beeld zijn om toch die aanvraag te doen of toch te gaan stemmen, of zich toch te laten horen in hun buurt bij gemeenteplannen. Dan hebben we ons werk in de Raad goed gedaan.