Ricardo Siebring heeft ook nu nog veel plezier met zijn oude voetbalmaten, met wie hij in de zaal speelt. (foto: Roel van Dorsten)
Ricardo Siebring heeft ook nu nog veel plezier met zijn oude voetbalmaten, met wie hij in de zaal speelt. (foto: Roel van Dorsten)

Hoe gaat het met Ricardo Siebring?

Algemeen

RIJSWIJK - Ricardo Siebring (33) was als veelscorende spits helaas ook blessuregevoelig.

- Hoe gaat het met je?
‘Het gaat goed, ik ben gezond. Ook geen last gehad van corona, al was het met mijn werk in het begin best wel spannend. Wij konden ons werk met bepaalde maatregelen blijven uitvoeren, ook in het begin van de coronacrisis. Ik werk in de buitendienst van Montrieurs, wij doen aan interieurmontage en logistieke dienstverlening. Ikzelf houd mij vooral bezig met slaapkamerinterieurs.’

Siebring zette als 5-jarige bij Delfia zijn eerste stappen op het voetbalveld: ‘Ik heb bij Delfia gespeeld tot eerste jaars D, toen ben ik naar DHC gegaan. Bij DHC heb ik alle hoogste jeugdelftallen doorlopen voordat ik de stap naar de senioren maakte. In mijn eerste seizoen kwam ik in het eerste elftal terecht en werden wij direct kampioen van de Tweede Klasse. Een mooiere start kon ik mij niet wensen, al zat ik tijdens de kampioenswedstrijd met een knieblessure langs de kant. Maar ik was er wel bij tegen onze naaste concurrent Wilhelmus, die wij met 2-0 versloegen. Ik heb eerst twee jaar onder Bert de Best getraind, maar ook twee jaar onder Rob de Lange.’

- Toch verliet je DHC en je ging naar sv Nootdorp. Waarom?
‘Ik speelde bij DHC vooral met mijn vrienden, maar later veranderde dat. Er werden steeds meer mensen van buitenaf gehaald. Daardoor werd het inderdaad sv Nootdorp. Bert de Best was daar inmiddels trainer, maar ik speelde er ook met een aardig DHC-clubje; ik noem mannen als Mels van der Velden, Rick Binckhorst, Romano Mollis en Nigel Abrahams, wij zijn bij de club goed opgevangen. Met sv Nootdorp één keer gepromoveerd. Dat was bij de invoering van de Topklasse, toen was onze derde plaats goed voor promotie naar de Eerste Klasse. Uiteindelijk heb ik vijf jaar bij de SV gespeeld.’

- Je vertrok uit Nootdorp?
‘Bob Kootwijk, de trainer, had zijn contract bij Nootdorp verlengd en met hem had ik geen klik. Ik besloot om naar Naaldwijk te gaan. Bij Naaldwijk heb ik twee seizoenen in de Derde Klasse gespeeld, maar een echt succes werd het niet. Ik was daar vaak geblesseerd en had veel tijd nodig om weer fit te worden. Mijn enkelblessures zijn wel een beetje als een rode draad door mijn carrière gelopen, ook de reden dat ik vroegtijdig gestopt ben. Na twee jaar Naaldwijk ben ik weer terug gegaan naar sv Nootdorp, waar Dick Boereboom inmiddels trainer was geworden. Maar op de een of andere manier werd er nu meer van mij verwacht dan tijdens mijn eerste periode. Ik ben daardoor later met vrienden in het tweede elftal gaan spelen. Dat leverde ook nog een mooi kampioenschap op.’

- Je hebt op zaterdag en zondag gespeeld, was is het verschil?
‘Op zaterdag is, in dezelfde klasse, het niveau hoger dan op zondag. Ik heb het idee dat op zaterdag vooral de beleving groter is, er is meer aandacht van het publiek. Verder was er geen verschil, ik heb DHC als sv Nootdorp als warme clubs ervaren.’

- Wat voor speler was je?
‘Ik speelde in de spits, was snel en had oog voor de ruimte. Ik ben een paar keer topscorer geweest van Nootdorp, er werd toen gekeken naar zowel sv Nootdorp als RKDEO.’

- Wat doe je nu nog?
‘Ik speel met mijn oude voetbalmaten van DHC, Robbie Nooteboom, Kevin den Os, Nick Keijzer en Bas Voogt, zaalvoetbal in Schipluiden. Verder speel ik Padel, dat is ook een leuke sport. En af en toe help ik Robbie en Kevin bij hun voetbalschool NIRO, ook heel leuk om te doen.’ (RvD)