‘De Toornstra van Wippolder’ heeft vertrouwen in een mooi seizoen

DELFT - Wippolder, dat afgelopen maanden een metamorfose onderging, is de competitie uitstekend begonnen. Waar in het eerste competitieduel met 3-1 van Laakkwartier werd gewonnen, waren de blauwwitten afgelopen weekend met 3-4 te sterk voor Concordia.

Door: Alphons de Wit jr. 

De zege in het doelpuntenfestijn van afgelopen weekend kwam niet gemakkelijk tot stand. Na iets meer dan een halfuur spelen keek de ploeg van trainer Mark Moen tegen een 2-0 achterstand aan. “En als je dan de aansluitingstreffer maakt, maar vervolgens vlak voor rust de 3-1 weggeeft, is dat natuurlijk heel vervelend. In de rust hebben we de koppen bij elkaar gestoken en binnen een kwartier hebben we de wedstrijd in ons voordeel weten te beslissen”, vertelt Jordy Krassenburg, die met twee goals een groot aandeel in de zege had.
Helemaal toevallig is de veerkracht van Wippolder niet volgens de routinier. “Want we willen echt voor elkaar door het vuur gaan. We hebben een mooie mix van wat oudere jongens die des Wippolders de beuk erin willen zetten en hiermee de jonge jongens op sleeptouw nemen. Als je dan ziet dat je in zo’n korte tijd een wedstrijd om kunt draaien, is dat natuurlijk hartstikke mooi. We moeten de eerste helft, waarin we te snel op een 2-0 achterstand komen, echter wel meenemen naar volgende week, als we tegen medekoploper Antibarbari spelen.”

Metamorfose
Dat er zo vroeg in het seizoen al zo’n hechte groep staat, had Krassenburg vooraf nog niet helemaal verwacht. “Met Mike Mesker, Rob Notenboom en Tristan Croes hebben we een aantal bepalende spelers zien vertrekken. Zij eisten met hun ervaring een belangrijke positie in de groep op. Daarnaast vertrok trainer Ronald Hes, dus voorafgaand aan het seizoen vond ik het best een beetje spannend. Vorig jaar had écht ons seizoen moeten worden en met twaalf punten uit vier wedstrijden waren we goed op weg, maar helaas gooide corona roet in het eten. Hoe we er nu voor zouden staan was maar de vraag; dat bleek uiteindelijk beter te zijn dan ik had verwacht.”

Frisse wind
In dat proces was een belangrijke rol weggelegd voor Mark Moen, de nieuwe trainer die overkwam van VUC. “Hij is vanaf het begin heel duidelijk geweest over zijn manier van voetballen, waarbij hij zegt dat hij liever met 6-5 wint dan met 1-0. Daarnaast heeft hij de selectie bekeken en is op zoek gegaan naar gerichte versterkingen en die zijn er met Guy Muller en Jari Seffelaar zeker ook gekomen. Verder heeft hij voor een frisse wind door de vereniging gezorgd, bijvoorbeeld door het voortouw te nemen in de organisatie van een trainingskamp, het herinvoeren van de pupil van de week en de organisatie van een voorwedstrijd. Daarnaast kijkt hij niet alleen naar de eerste selectie, maar naar heel de club. Dat werkt aanstekelijk en de groep was op die manier snel gevormd. Qua trainer zit hij denk ik tussen Marcel de Letter, die heel veel aandacht aan de groepsvorming besteedde, en Ronald Hes, die zich meer op zijn manier van voetballen richtte, in.”
Krassenburg zelf speelt met zijn ervaring een belangrijke rol in die groep. “Het gekke is dat dat op een heel andere positie is dan de afgelopen seizoenen. Na mijn twee zware knieblessures ben ik centraal achterin terechtgekomen, maar in het nieuwe systeem spelen we met twee ‘nummers 10’. Hier kwam een plaatsje vrij en de trainer zag hier een positie voor mij. Het is pittig en veel loopwerk, waardoor ik de wedstrijd nog niet volmaak, maar de trainer heeft aangegeven er vertrouwen in te hebben dat dat niet lang meer zal duren. Fysiek merk ik niet alleen dat het herstel na een wedstrijd wat meer tijd kost, maar ik ben sinds het begin van de voorbereiding ook vijf kilo afgevallen.”

Onkruid
Daarbij heeft Krassenburg een echte over-mijn-lijkmentaliteit. “Ik scoor altijd een voldoende doordat ik op het veld nooit verzaak; heel ruime voldoendes zitten er trouwens ook niet veel bij. Daarbij deel ik ook weleens een tikkie uit om de tegenstander te laten weten dat er bij ons niets te halen valt. Dat probeer ik ook op die jonge gasten over te brengen. Het mooie is dat de buitenwacht me al vaak heeft afgeschreven, maar toch altijd mijn plekje weer verover. Ik word ook wel ‘onkruid’ of ‘de Toornstra van Wippolder’ genoemd. Ik ben een echte teamspeler en als je dan net als afgelopen zondag ook met doelpunten belangrijk kan zijn, is dat natuurlijk alleen maar leuk.”
Al met al heeft Krassenburg er vertrouwen in dat Wippolder in het laatste seizoen op de zondag meedoet om de prijzen. “We hebben de spelers en de teamgeest om bovenin mee te doen. Daarbij leren we nog elke week, zo ook afgelopen zondag in de eerste helft. We hebben de slechte start in elk geval weten recht te zetten.”