Leo Mulder is vaak in Hongarije: 'Ik ben een bevoorrecht mens, dankzij mijn werk heb ik grote delen van de wereld gezien.' (foto: Barbara Veres)
Leo Mulder is vaak in Hongarije: 'Ik ben een bevoorrecht mens, dankzij mijn werk heb ik grote delen van de wereld gezien.' (foto: Barbara Veres)

Hoe gaat het met Leo Mulder?

Algemeen

BOEDAPEST - Leo Mulder (58) vond als talentvolle voetballer andere zaken ook belangrijk. 

- Hoe gaat het met je?
‘Heel goed, ik zit in een goede fase van mijn leven. Ik heb vorig jaar een lichte vorm van corona gehad, maar nu is mijn gezondheid weer goed. Mijn partner is Barbara, zij is van origine Hongaars. In de zomer verblijven wij vaak in Hongarije, dicht bij haar familie en vrienden. De sfeer in Hongarije kan je vergelijken met het Nederland van 30-40 jaar geleden, de mensen zijn er vriendelijk, tolerant en hulpvaardig. Ik werk als Vice-president Global Sales voor een Amerikaans bedrijf in de medische oogheelkunde en ben als directielid gestationeerd in Zwitserland.’

Mulder begon met voetballen als zesjarige bij sv Wippolder: ‘Mijn opa en oma stonden er achter de bar, mijn vader en ooms speelden er, dus was het vanzelfsprekend dat ik bij Wippolder ging voetballen. Het was aan de Schoemakerstraat, met die houten kantine. Ik heb er een geweldige tijd gehad. Altijd in de hoogste jeugdelftallen gespeeld. Ik was 16 jaar toen Martin Stoelinga mij liet debuteren. Wippolder speelde toen in de Eerste Klasse HVB, het was het begin van de succesvolle periode. Al heb ik tussendoor nog 2 jaar bij Excelsior in de betaalde C-jeugd gespeeld.’

- Excelsior werd geen succes?
‘Het eerste seizoen trainde ik onder Rob Jacobs en hoofdtrainer Hans Dorjee. Hans als ik woonden in Het Tanthof, ik mocht vaak met hem meerijden. Met beiden was het fijn werken. Het jaar erna kreeg ik Joop van Daele als trainer. Hij was van de oude garde en schold je verrot. Mijn probleem was dat ik vond dat voetballen ook leuk en gezellig moest zijn. Ik had niet de juiste mentaliteit om te slagen in het betaalde voetbal. Ik ben weer bij Wippolder gaan spelen en heb daar vervolgens drie kampioenschappen richting de Derde Klasse meegemaakt.’

- Toch ging je opnieuw weg bij Wippolder?
‘Ja, ik ben naar Delfia gegaan. Delfia was net gedegradeerd, Martin werd er trainer. In het eerste jaar werden wij kampioen. Ik heb 2 jaar bij Delfia gespeeld, toen ben ik opnieuw naar Wippolder gegaan. Onder trainer Wim van Buuren speelden wij promotiewedstrijden voor een plek in de Tweede Klasse. Niet gehaald, overigens. Tegen het einde van mijn carrière heb ik nog een jaar bij DVC gespeeld, een beetje om trainer Bram Rontberg te helpen. En later, op mijn 42ste, heb ik nog een serie wedstrijden bij Wippolder gespeeld onder trainer Ramon Hageraats.’

- Wat voor speler was je?
‘Ik ben begonnen als rechtsbuiten, maar ben ook laatste man geweest en heb op het middenveld gestaan. Tweebenig. Geen loopvermogen, ik moest het van mijn techniek en overzicht hebben.’

- Heb je alles uit je carrière gehaald?
‘Dat is een goede vraag. De meeste mensen die mij kennen zullen zeggen van niet. Martin heeft nog geprobeerd om mij bij ADO en Feyenoord onder te brengen, maar ik vind muziek maken ook leuk. Ik ben een liefhebber van Braziliaanse muziek. Ik heb met veel goede en markante spelers gespeeld; Frans van Velzen, Frans van Straaten, Hans de Ruijter, Chris Treling en de broers Blinker, Gronsveld en Rontberg. En in het militaire elftal met Mario Been. Dat mijn naam regelmatig in deze rubriek genoemd wordt, dat is ook wat waard.’

- Wat doe je nu nog?
‘Fitnessen, zo’n 4 à 5 maal per week. Wandelen in de bergen en mountainbiken. Ik wil gewoon fit blijven.’ (RvD)