Elisa (midden) met anderen van de Delftse Reddingsbrigade (Foto: Koos Bommelé)
Elisa (midden) met anderen van de Delftse Reddingsbrigade (Foto: Koos Bommelé) Foto: KOOS BOMMELE

Hemd van het Lijf: Elisa Krapels

Algemeen

Elisa (29) hielp als lid van de Delftse Reddingsbrigade mensen evacueren bij de overstroming in Valkenburg.

Waarom wilde je hier op de foto?
“Hier aan de Rotterdamseweg is onze loods waar we onze spullen verzamelen. Vanaf deze plek zijn we ook vertrokken richting Limburg.”

Hoe lang zit jij zelf al bij de Delftse Reddingsbrigade?
“Vanaf mijn tiende. Vroeger heb ik er zelf mijn zwemlessen ABC gedaan en daarna ben ik doorgegaan met het behalen van reddingszwemdiploma’s. Als je ouder wordt kan je ook meehelpen met acties, zoals nu dus het geval was.”

Wat doen jullie zoal?
“We zijn een brede vereniging. We bieden zwemlessen aan, maar doen binnen het reddingszwemmen ook wedstrijden. Individueel en in estafettevorm, dat heb ik vroeger zelf ook gedaan. Daarbuiten doen we bewakingen bij evenementen, bijvoorbeeld bij roeiwedstrijden en de Sinterklaasintocht. En we kunnen dus worden opgeroepen voor reddingsacties en evacuaties.”

En jij werd dus opgeroepen voor de actie in Limburg?
“Ik werd in de nacht van woensdag op donderdag om 1.30 uur gebeld of ik via de Nationale Reddingsvloot (NRV) mee kon naar Limburg. Met mijn slaaphoofd heb ik snel iets geregeld met werk en om 2.00 uur stond ik bij de loods met mijn collega’s Niels en Ron. We hebben onze spullen verzameld en zijn vanuit hier naar de brandweer in Zoetermeer gereden, waar ook andere brigades uit Haaglanden zich verzamelden. In een colonne zijn we naar Maastricht gereden en vanuit daar werden we in ploegjes verdeeld. Wij gingen als ploeg naar Valkenburg om daar mensen te evacueren.”

Wat trof je daar aan?
“In eerste instantie zaten we in een hoger gedeelte van Valkenburg en zagen we dat kelders waren ondergelopen, wat ik al veel water vond. Later gingen we in een platte kar van een boer het lagere gedeelte in. Toen we arriveerden in het centrum zagen we het water anderhalve meter hoog staan, wat ik heftig vond. Ik had nog nooit zoiets gezien.”

Wat waren jullie taken?
“Wij gingen als ploeg een deel van het centrum evacueren met hulp van brandweer en ME. Platte karren en shovels werden ingezet om ons door het water te vervoeren en mensen te helpen uit hun huisjes te komen. Er waren lastige gevallen bij, bijvoorbeeld ouderen met rollators die we over een balkonreling en het water moesten tillen. We kwamen ook op een aantal plekken die lastig te bereiken waren door drijvende auto’s.”

Was wel iedereen bereid om mee te gaan?
“Niet meteen, sommigen moesten we echt overtuigen. Je weet niet hoe hoog het water nog komt en hoe lang dit nog gaat duren, zeiden we dan. We vroegen of ze wel genoeg te eten en te drinken hadden, wezen ze op verstopte riolen en de kapotte elektra. De meesten gingen voor hun eigen veiligheid uiteindelijk mee. Bij de anderen zijn we een paar uur later nog eens langsgegaan toen de burgemeester een noodverordening had afgegeven. Toen ging wel iedereen mee.”

Wat blijft jou altijd bij?
“De kracht en de stroming van het water. Deuren werden opengeduwd en ik moest mij goed vasthouden aan collega’s omdat ik anders meegesleurd werd, ik ben niet zo groot. Dat heeft indruk gemaakt. En uiteraard de verhalen van de wat oudere mensen die hun huisjes en al hun spullen moesten achterlaten. Dat was triest.”

Hoe lang duurde jullie inzet?
“Wij, de eerste ploeg, zijn in totaal zo’n 22 uur onderweg geweest. Daar moest ik echt wel even van bijkomen bij terugkomst. In de loop van donderdag werden we afgelost door een tweede ploeg van de brigade met Anoeshka, Erwin, Else en Mark. Zij zijn vrijdagnacht in Meerssen geweest om mensen te evacueren. Een derde ploeg is zaterdag geweest voor controle van de dijken en als achterwacht. Gelukkig was hun inzet verder niet meer nodig.”

Als burgemeester van Delft…
“…zou ik het sporten en het goed leren zwemmen blijven promoten, zodat iedereen zichzelf kan redden als hij of zij in de problemen komt.”