René en Conny Meijster kwamen op hun elfde voor het eerst bij DES en zijn er sindsdien niet meer weg te slaan. (foto: Jesper Neeleman)
René en Conny Meijster kwamen op hun elfde voor het eerst bij DES en zijn er sindsdien niet meer weg te slaan. (foto: Jesper Neeleman)

Oud-korfballers René en Conny Meijster blikken terug

sport

DELFT – Delft op Zondag blikt wekelijks met oud-sporters terug op hun gloriejaren. Deze week doen we dat met René (61) en Conny (59) Meijster, die bij DES verliefd op elkaar en de vereniging werden.

Door: Jesper Neeleman

Korfbal is een gemengde sport. In die zin is het best logisch dat je op een zeker moment niet alleen tegen zomaar een man of vrouw, maar ook tegen de ware aanloopt.
Toen dit gebeurde, zaten ze niet eens bij elkaar in de ploeg. "We hebben elkaar, toen we zestien a zeventien jaar waren, via wederzijdse vrienden van DES leren kennen", vertelt Conny. "Ik viel enorm op zijn humor. Je kan verschrikkelijk met René lachen." Ze zijn één van de vele echtparen dat de korfbalsport heeft voortgebracht. "Laatst hadden we nog een barbecue met allemaal stellen die elkaar ooit via korfbal hebben leren kennen", zegt Conny. "Korfbal is echt een familie-ding", voegt René eraan toe. "Onze drie kinderen korfballen ook allemaal nog. Ze spelen in één team. En ik ben hun coach."

Honderd jaar lid
René en Conny zijn samen al honderd jaar lid. Ze bleven al die jaren bij de vereniging betrokken. Als speler, trainer, toeschouwer, bestuurslid of sponsor. Wat deden ze níet? Ze gingen vroeger weleens op zondag bij andere Delftse korfbalclubs kijken. Maar overstappen? Dat nooit. "Dat deed je vroeger niet", zegt René. Dus korfbalde hij tot z'n vijftigste door. Bij DES. "Toen speelde ik tegen jonge jongens die verschrikkelijk hard konden lopen. Dat was voor het publiek wel leuk, maar voor mij niet."
René en Conny Meijster speelden eind jaren '70 zo'n drie seizoenen met elkaar in de hoofdmacht. "Dat hebben we even opgezocht", zegt René. De knipsels liggen vandaag binnen handbereik. Hoe dat was, als man en vrouw in één team? Ze spaarden elkaar in verbaal opzicht niet, als de situatie erom vroeg. Conny: "Ik heb het altijd als superleuk ervaren om een gezamenlijke hobby te hebben. We speelden toen samen met vrienden. We vierden samen Sinterklaas, gingen samen weekendjes weg en na trainingen zaten we nog urenlang te kaarten en te toepen." Dat is tegenwoordig anders, weet René. "Als de training klaar is gaan ze naar huis." Hij snapt dat wel. "De wereld is nu anders dan eind jaren '70. Mensen hebben andere prioriteiten. Wij hadden vroeger korfbal, dan een hele tijd niets, en dan kwam de rest." Conny: "We aten, sliepen en dronken korfbal."
In zijn vele jaren op het korfbalveld beleefde René talloze kampioenschappen. "Dat was op het moment zelf natuurlijk altijd hartstikke leuk en gezellig. Maar het was nooit op een heel hoog niveau. Nee, als je vraagt wat mijn hoogtepunt was, dan zeg ik dat dit die keer was dat onze zoon met zijn team Nederlands kampioen werden van de afdeling waarin ze toen speelden. Wat overigens ook mooi was, was m'n laatste wedstrijd. Meerdere spelers namen afscheid. Tribunes zaten vol, we kregen bloemen van de voorzitter en we wonnen met 17-1 van een ploeg die niks voorstelde." Conny koestert mooie herinneringen aan de tijden dat er jaarlijks een toernooi was tussen alle Delftse korfbalclubs. "Leuk om dan tegen het grote Fortuna te mogen spelen. Zo'n ploeg keken we toen wel tegenop."

Underdog
DES is al decennialang de underdog. De oudste korfbalclub van de stad moet het van haar trouwe leden en de gezelligheid hebben. En gezellig was het. Zeker tijdens het bekende jaarlijkse Pinkstertoernooi. Het was niet altijd alleen maar lachen. "In mijn eerste tijd als voorzitter had DES het zwaar", weet René nog. De club telde nog maar 85 leden en de kantine was oud en vervallen. "Daar lag ik weleens wakker van." Maar het kwam goed. Inmiddels telt de club weer zo'n 300 leden en met het sportpark is niets mis.
De oude kantine is verruild voor een nieuwe en gras heeft plaatsgemaakt voor kunstgras. "Ik verlang nog weleens naar de geur van gras", zegt Conny. "Dat had wel wat." Waar ze niet meer naar verlangen, is het zwarte gravel, waar ze eveneens op moesten spelen. "Dat lag op de plek waar nu de parkeerplaats is", zegt René. "Soms kwamen die steentjes pas weken later uit je knie. Die moesten eruit zweren."
Ze komen nog steeds bij DES. "Morgen ga ik weer het vijfde coachen", zegt René. Conny komt kijken. Grootste uitdaging voor DES 5 zit 'm in het feit dat zes speelsters zwanger zijn. Dat zijn weer zes potentiële DES'ers. Ze hopen het. Ook voor de nog ongeboren kinderen. "DES heeft ons ontzettend veel gebracht", zegt Conny. "Daar zijn we dankbaar voor."