'Politici lijken soms meer met zichzelf en elkaar bezig, dan met wat goed en nodig is voor de burgers'
'Politici lijken soms meer met zichzelf en elkaar bezig, dan met wat goed en nodig is voor de burgers'

Politiek: Christine Bel - D66

Algemeen

DELFT – Het bestuur van de stad is in handen van door de inwoners gekozen gemeenteraadsleden. Delft heeft 39 raadsleden die als volgt zijn verdeeld: GroenLinks (7), STIP (6), D66 (5), VVD (3), CDA (3), SP (3), PvdA (3), ChristenUnie (2), Hart voor Delft (4) en Onafhankelijk Delft (3). Met enige regelmaat laten we u kennismaken met een van de politici van deze partijen. In deze aflevering: Christine Bel van D66.

Je bent een ‘oude bekende’ in de Delftse politiek, maar we zien jou na de verkiezingen in maart niet terug in de raad.
Dat klopt, na 12 jaar in de Delftse raad is het tijd om het stokje over te geven. Ik doe het raadswerk nog steeds met volle overtuiging en veel plezier, maar je moet stoppen voor je het zat bent en voor ze jou zat zijn. Ik ga het werk, het contact met de stad, en natuurlijk al mijn collega’s enorm missen.

Hoe kijk je terug op die 12 jaar? Wat heb je zoal bereikt?
Ik koos voor D66 vanwege het sociaal liberale uitgangspunt: ‘Laat iedereen vrij, maar niemand vallen’. Ik ben verder een beetje een duizendpoot, die zich overal mee bemoeit. Doordat ik een ongewone combinatie heb van interesse in harde financiën en het sociaal domein, geeft dat soms een extra invalshoek: in het sociaal domein wijs ik op het belang van betaalbaarheid en bij de ‘harde’ onderwerpen benadruk ik het feit dat het natuurlijk wel om mensen gaat.

Uiteindelijk wil je altijd nog meer bereiken. Veranderingen duren vaak langer dan je wilt. Soms bereik je heel zichtbaar en concreet dingen met moties, soms is het een kwestie van dingen blijven herhalen, totdat er langzaam verandering komt. Maar terugkijkend zie ik toch best veel dingen die ik heb bereikt op veel verschillende onderwerpen: Het verduurzamen van schoolgebouwen, investeren in speelplaatsen i.p.v rookvoorzieningen, een transparant overzicht van subsidies, het verbeteren van de schuldhulpverlening, meer geld naar kinderen in armoede, de mens centraal stellen in de bijstand en niet de regels, het beperken van de stadsschuld en de woonlasten, het terugdraaien van bezuinigingen op DOK, het waarborgen van privacy en niet zomaar koppelen van gegevens en inzetten van algoritmen, en natuurlijk steeds weer een sluitende begroting.

Dat laatste klinkt vanzelfsprekend, maar is met steeds meer taken voor de gemeente en te weinig geld uit het Rijk een enorme opgave. Dat is iets waar ik me, ook achter de schermen, altijd voor heb ingezet.

Maar waar ik heb meest concreet iets voor de Delftse burger heb kunnen betekenen was denk ik toch de motie ‘terugbetalen fraudeboetes’, waarbij 52 mensen met een uitkering onterecht opgelegde fraudeboetes terugbetaald kregen. Gemiddelde verlaging van de boete was € 944,49, het hoogste bedrag € 20.265,90. Die motie heeft voor mensen echt verschil gemaakt.

Er wordt wel gezegd dat mensen het vertrouwen in de politiek kwijt zijn, hoe zie jij dat?
Ik begrijp dat wel. Politici lijken soms meer met zichzelf en elkaar bezig, dan met wat goed en nodig is voor de burgers. De ogenschijnlijke noodzaak tot profilering helpt daarbij niet echt. Kijk bijvoorbeeld maar eens naar het aantal ‘wappermoties’ in de kamer, die alleen dat als doel hebben. In plaats daarvan zouden veel politici zich beter kunnen verdiepen in wat er werkelijk in de samenleving speelt, ook bij de overgrote meerderheid die niet roeptoetert. Gelukkig is die noodzaak tot profilering lokaal minder groot en kunnen we in de gemeenteraad de inhoud centraal stellen, hoeven we elkaar geen vliegen af te vangen en kunnen we samenwerken.

Het nadeel is natuurlijk wel dat het algehele imago van de politiek ook op de lokale politiek afstraalt. Hoe goed je je werk als raadslid ook doet, veel mensen weten dat niet en baseren hun stem op het beeld dat ze krijgen via de landelijke politiek. Dat is jammer, want in Delft is er zoveel moois bereikt de afgelopen jaren. Tegelijkertijd worden veel lokale problemen veroorzaakt, ik kan het niet vaak genoeg zeggen, door taken die het Rijk bij de gemeenten neerlegt zonder voldoende budget. Wat dat betreft zou de landelijke politiek best eens in Delft kunnen komen kijken: hoe constructief de samenwerking hier is en met welke problemen het Rijk de gemeenten opzadelt.

Waar liggen nog uitdagingen in Delft? Wat zou je je opvolgers mee willen geven?
Delft moet een stad zijn van iedereen, met kansen voor jong en oud ongeacht je achtergrond of eventuele beperking. Dat betekent goed onderwijs voor iedereen, banen op alle niveaus en een betaalbare woning. Tegelijkertijd kunnen we ook lokaal onze ogen niet sluiten voor de klimaatcrisis en moeten we ook in Delft daarmee aan de slag. De toekomst begint hier en nu.

Naast vooruit kijken is het belangrijkste denk ik, ook in de politiek, dat je zelf niet het uitgangspunt bent. Je zit er niet voor jezelf en je bent ook niet de maatstaf voor alles. Als jij iets niet belangrijk vindt of ergens geen last van hebt, zegt dat niets over hoe andere mensen iets ervaren. Probeer dingen ook vanuit het perspectief van de ander te bekijken: van verschillende burgers, maar ook van je collega raadsleden. Alleen als je naar anderen luistert en hen echt probeert te begrijpen, kun je een goede afweging maken en nader tot elkaar komen. En in je eentje bereik je niets. Alleen door samenwerking kun je uiteindelijk het verschil maken.

Zien we je nog terug in de Delftse politiek of ga je iets heel anders doen met de tijd die je straks over hebt?
Wie weet kan ik in een andere rol nog iets voor de Delftse politiek betekenen. Maar misschien ga ik, vanuit mijn vakgebied, ook wel meer tijd besteden aan het onder de aandacht brengen van het belang van een verantwoorde inzet van digitalisering en de kansen en bedreigingen van kunstmatige intelligentie. Uit bijvoorbeeld de toeslagenaffaire blijkt dat daar, zeker ook bij politici, meer aandacht voor nodig is!