Ferry Verschuyl in zijn appartement
Ferry Verschuyl in zijn appartement

Hemd van het lijf: Ferry Verschuyl

Algemeen

Ferry Verschuyl (85) staat zondag 12 december in het DeLaMar Theater als finalist van Het Ouderen Songfestival.

Waarom hier op de foto?
“Omdat ik mij happy voel in mijn nieuwe appartement.”

Is dit  uw eerste deelname aan het Ouderen Songfestival?
“Nee zeker niet. Dit zal mijn 17e keer zijn. In 2004 deed ik voor het eerst mee en kwam ik ook meteen in de finale te staan. Ik vind het zo leuk om mee te doen. Dit jaar doe ik mee met een liedje van  Irving Berlin ‘Let me sing and I’m happy’. Als ik zing ben ik ook happy. Ik voel mij dan ook zo vrij als ik aan het zingen ben.”

Kijkt u uit naar de finale?
“Ik vind het zo leuk! Dat ik in de halve finale stond was al een prijs. In de voorronde werd ik door Kees Zantwijk begeleid op de piano. Kees is een unieke pianist. Hij is vaak op tv geweest en hij regelt ook alle arrangementen voor in de finale. Werkelijke grandioos! Ook ben ik Rob van Waaijen, Willemijn Ploem en Stichting JAM erg dankbaar. Zij zijn de motoren van Het Ouderen Songfestival.”

Hoe wordt de winnaar uitgekozen?
“De vakjury zal punten gaan geven en het publiek kan ook een kandidaat aanwijzen. Er zal een eerste, tweede en derde prijs uitgereikt worden. Er is ook een internetprijs. Die heb ik al vijf keer in ontvangst mogen nemen.”

Heeft u aan meerdere programma’s deelgenomen?
“Zes jaar geleden werd ik gevraagd om mee te doen aan Music Generations. Hier werden jongere talenten gecombineerd met oudere talenten. Hier kreeg ik workshops van voormalig songfestivaldeelnemers. Ook heb ik aan het Delfts Senioren Festival meegedaan.”

Hoe is uw passie voor zingen ontstaan?
“Het begon eigenlijk op de klassenavonden van het Christelijk Lyceum in Nederlands-Indië. Ik ben daar geboren en heb er ook een lange tijd gewoond. Ook had ik muzikale broers die vaak muziek maakten en dan zong ik met hen mee.”

Komt u uit een muzikale familie?
“Ja zeker!. Mijn moeder en haar broer waren erg muzikaal en mijn broers ook. Ik zong ook altijd met mijn moeder, dan zong zij de tweede stem en ik de eerste. Wij mochten ook nooit in het Nederlands of Engels zingen, dus deden wij dat eigenlijk heel stiekem in een kamertje met een klein lampje aan, want anders zouden de Japanners of Indonesiërs erachter komen.”

Wat zou u doen als burgemeester van Delft?
“Ik zou de musici in Delft meer gaan ondersteunen en een platform bieden om te kunnen optreden. Zo treed ik regelmatig op voor Het Blauwe Podium met pianist Guus Westdorp.”