De Doorkijker van vorige maand, Selma Aközbek, overhandigt de Doorkijker aan Peter Beuman in de tuin van een oudere dame waar Peter de grond vrijwillig vrijmaakt van braamstruiken (Foto: Koos Bommelé)
De Doorkijker van vorige maand, Selma Aközbek, overhandigt de Doorkijker aan Peter Beuman in de tuin van een oudere dame waar Peter de grond vrijwillig vrijmaakt van braamstruiken (Foto: Koos Bommelé)

‘Vrijwilligerswerk heeft iets weg van een romantisch ridderideaal’

Algemeen

DELFT – Delft op Zondag portretteert elke maand een zogenaamde Doorkijker. Doorkijkers zijn Delftenaren die, ondanks de tegenstromen en tegenwinden, hun weg proberen te vinden in het doolhof dat maatschappij heet. Het idee is deels geënt op het schilderij ‘De binnenplaats van een huis in Delft’ van Pieter de Hooch uit 1658. Deze maand (aflevering 25) Peter Beuman.

Door Cheyenne Toetenel

De nu 68-jarige Peter omschrijft zichzelf als een laatbloeier. “Ik heb diverse studies gedaan tot mijn 33e: agrarische bedrijfseconomie, commerciële economie en als laatst theologie, maar dat was geen goede match omdat ik als hervormer een Katholieke opleiding volgde. In de andere vakgebieden kon ik wel een baan vinden, maar daar werd ik niet gelukkig van. Op een bepaald moment leidde het zelfs tot een burn-out, waarop een gedwongen periode van rust volgde waarin ik goed kon nadenken over wat ik wél wilde.” Gelukkig werd hij door het vrijwilligerswerk dat hij rond ‘85 ging doen bij het Interkerkelijk Stadsdiakonaat Delft. “Al snel was ik coördinator van de karweitjesploeg en binnen drie maanden was ik voorzitter. Op een gegeven moment besefte ik dat het ambachtelijk werk mij goed beviel en ben ik van daaruit een eigen klusbedrijfje gestart, ‘Alpha’, als een van de eersten in Nederland. Met een oude gereedschapskist van mijn vader en een fiets ben ik begonnen. Alles wat ik verdiende heb ik geïnvesteerd in goed gereedschap en zo heb ik het verder uitgebouwd. Dat het mij is gelukt om tegen de stroming in te zwemmen en dit uiteindelijk heb bereikt geeft mij een trots gevoel.” Na tien jaar stopte Peter ondanks het succes met zijn klusbedrijf en werd hij koster-beheerder van de Hofkerk. In de tussentijd ontstond ook de behoefte om werk weer met vrijwilligerswerk te combineren. Dat doet hij sinds 2003 als coördinator bij de Johanniter Hulpgroep Delft.

Geluk delen
Als ‘laatbloeier’ heeft Peter naar eigen zeggen veel steun gekregen in zijn persoonlijke en maatschappelijke ontwikkeling. “De kern van mijn bestaan is geluk. Wat ik wil dat kan ik en wat ik kan dat wil ik. Ik heb een sterke vrouw, prachtige kinderen en kleinkinderen. Mijn werkleven was fantastisch en ik woon in een mooi oud huis uit 1592. Dat alles samen maakt mij trots.” Mede daarom wil hij iets terugdoen, om dat te compenseren. “Het leven gunt je dat maar vraagt je ook dat geluk te delen. Mijn inspiratiebron is het Joods-Christelijk denken vanuit de kerken. De Johanniter Orde baseert zich op de Bergrede van Jezus. De religieuze boodschap is krachtig en diepgaand, en de oproep om goed te doen voor een ander werkt sterk bij mij.” Het vrijwilligerswerk heeft volgens Peter ook iets weg van een romantisch ridderideaal. “Je bent zelf kwetsbaar geweest en bent er nu voor mensen die je nodig hebben. Je komt op voor de kwetsbaren. Daar krijg je veel voor terug. Waardering, vriendschap en levensvervulling.” Peter kreeg als dank voor zijn inzet tijdens de Ridderdag van de Johanniter Orde in 2019 zelfs de zilveren Medaille van St. Jan uitgereikt. “Dit is de hoogste onderscheiding die de Orde kent voor vrijwilligers. Een en ander vond plaats tijdens de kerkdienst in de Nicolaaskerk in Utrecht waar 200 personen van adel aanwezig waren. Dit was een van de mooiste momenten van mijn leven.”

Wederzijds respect
Met de Johanniter Hulpgroep Delft zet Peter zich in voor mensen die vastlopen in het leven. “Dit begon met het bezoeken van ouderen, maar dit hebben we uitgebreid met een karweitjesdienst en later de zomeruitjes. Kluswerk is voor mij een sport, een telkens wisselende uitdaging om iets pro deo te presteren. De vrijwilligers komen vooral uit de Protestantse Kerk, maar dat is zeker geen voorwaarde voor de mensen die wij helpen. Wij vinden het juist bijzonder om een poos met heel verschillende mensen om te gaan. Hindoestaanse, Marokkaanse, Koerdische, Somalische, Egyptische, Syrische en ook van oorsprong Nederlandse Delftenaren. Optrekken met mensen uit zoveel verschillende culturen is fantastisch en leidt tot wederzijds respect. Ik wil ook graag benadrukken dat voor mij de multiculturele samenleving absoluut niet mislukt is, zoals bepaalde mensen vaker zeggen. ‘Nieuwe Nederlanders’ zijn in de kern net zo goed als jij en ik. We moeten ze meenemen, begeleiden. Als we dat doen ontstaat een fantastische samenleving. Je groeit zelf door heel dicht bij de mensen te blijven, en zo kun je ook bijdragen aan de groei van anderen.” De Johanniter Hulpgroep Delft bestaat momenteel vooral uit vrijwilligers van het eerste uur. “We worden samen oud! Nieuwe vrijwilligers kunnen we echter altijd goed gebruiken. Vrijwilligerswerk geeft je de kans om jezelf opnieuw te ontplooien, zoals ook bij mij is gebeurd. Vrijwilligerswerk geeft een boost. Grijp die kans om iets terug te doen voor de ander.”

De Doorkijker van vorige maand, Selma Aközbek, overhandigt de Doorkijker aan Peter Beuman in de tuin van een oudere dame waar Peter de grond vrijwillig vrijmaakt van braamstruiken (Foto: Koos Bommelé)