Erwin van der Vlist voetbalt bij de veteranen en traint hard om de vijf kilometer onder de eenentwintig minuten te lopen. (foto: Roel van Dorsten)
Erwin van der Vlist voetbalt bij de veteranen en traint hard om de vijf kilometer onder de eenentwintig minuten te lopen. (foto: Roel van Dorsten) Foto: Roel van Dorsten

Hoe gaat het met Erwin van der Vlist?

sport

DEN HOORN - Erwin van der Vlist (49) kwam toevalligerwijs bij DHL aanwaaien en beleefde er prachtige tijden.

Pas rond zijn veertiende speelde Van der Vlist zijn eerste wedstrijd in competitieverband. "Dat is best gek, want op de pleintjes bij de Brasserskade was ik altijd aan het voetballen. Ik korfbalde echter vanaf mijn zesde bij DES en op mijn twaalfde ging ik tennissen bij Concordia. Toen mijn vriend Ron Post meldde dat zijn elftal een speler tekort kwam, vroeg 'ie of ik mee wilde doen. Zo speelde ik mijn eerste wedstrijd in de B2 uit bij DWO. Een week later meldde ik me aan bij DHL. Dat terwijl mijn vader een echte Delfiaan was en mijn broertjes daar ook al speelden."

- Hoe beviel dat?
"Fantastisch. Het jaar erna zat ik in de B1 en in de A-jeugd hadden we een talentvolle lichting met onder anderen Ricardo Kool, Patrick Schwenke en ook Marcel Karlas diende zich aan. We stapelden prijs op prijs en ondanks dat ik pas een paar jaar voetbalde, was ik de aanvoerder die die prijzen in ontvangst nam."

- En de stap naar de senioren?
"Ik begon in het derde en dat was prima inkomen. Ton Ros was trainer en mannen als Harry Hoefnagel, Chris de Bruin en Jan Erkens stoomden je wel klaar voor de selectie. Mij moesten ze vooral remmen. In de eerste maanden was er een toernooi bij SOA, waar ik er in mijn jeugdig enthousiasme overal bovenop klapte. Ze gaven aan dat het rustiger moest, omdat ik anders niet meer aan spelen toe zou komen."

- Wanneer kwam je bij het eerste?
"Dat was het laatste halfjaar onder Dutina. Robert van de Berg nam me op sleeptouw. We misten het kampioenschap op een haar, maar met het tweede werden we wel kampioen. We hadden toen zo'n sterke selectie; we sloten de training vaak af met een partijtje tussen het eerste en het tweede. Vaak won het tweede. Dutina werd opgevolgd door Dick van der Toorn. Voor een trainingsbeest als ik was dat een verademing."

- Wat waren de mooiste jaren?
"Die hadden we onder René Slegtenhorst. Qua oefenstof was hij zijn tijd al vooruit. Waar we de seizoenen ervoor altijd tussen de vierde en derde klasse pendelden, stootten we onder hem door naar de tweede klasse. We hadden met de Dukkertjes, de Lukassens, Koos van Leeuwen, Driss Bibouh, Ruben Arkesteijn, Lennart Appelman en Koen van Wingerde een geweldig elftal. We werden kampioen van de derde klasse en kregen in totaal maar veertien goals tegen. Ook maakte ik mijn enige goal in tweehonderd wedstrijden. Bij DWO kregen we een strafschop en ik eiste hem op. René werd gek, maar hij verdween wel mooi in de hoek."

- Wanneer stopte je?
"Na het jaar in de tweede klasse deed ik een stapje terug. Later haalde Jan van den Akker me nog met Danny Lukassen bij het eerste toen John van Diggele was ontslagen. We stonden kansloos onderaan en hadden nog acht wedstrijden om eenentwintig punten te halen. Dat lukte nog ook. Het gelijkspel in de laatste wedstrijd tegen Den Hoorn, dat daardoor het kampioenschap misliep, wordt ons nog steeds niet in dank afgenomen."

- Wat doe je nu nog?
"Ik speel nog met veel plezier bij de veteranen en ben sinds dit seizoen ook assistent bij de onder -19 van Den Hoorn. Met Gerard Gronsveld, René Heijink, René Lander, Stefan Berkhout en mijn persoontje hebben we een mooie staf. Er loopt zoveel talent rond: je kijkt je ogen uit. Verder loop ik nog fanatiek hard en hoop ik de vijf kilometer nog eens binnen de eenentwintig minuten te lopen."