Michel Immers wil na een bewogen seizoen goed afsluiten bij Delfia

DELFT - Delfia kende een wat rommelige eerste seizoenshelft. De ploeg bevindt zich momenteel onderaan de middenmoot. Trainer Michel Immers heeft goede moed dat het komende halfjaar beter verloopt.

Immers nam aan het begin van het seizoen het stokje over van zijn tweelingbroer Marco, die naar SEP vertrok. Na twee jaar assistentschap is Delfia zijn eerste club als hoofdtrainer. "We begonnen met goede moed, maar kenden een valse start. Eind vorig seizoen was het nog niet helemaal duidelijk waar we onze wedstrijden zouden spelen, wat spelers deed besluiten om de club te verlaten. Anderen, die zouden komen, zegden af. Uiteindelijk kwam aan alle onzekerheid een eind toen Full Speed zo gastvrij was om ons op hun sportpark toe te laten. Alle lof voor hen, maar doordat het pas zo laat was beklonken, zag onze selectie er anders uit dan mogelijk zou zijn."

Teleurstellend
Het leidde tot een teleurstellende seizoensopening. "Dat heeft verschillende redenen gehad. Zo hebben we tot op heden nog geen wedstrijd kunnen spelen met het elftal dat ik als sterkst in mijn hoofd had zitten. Achterin viel een aantal jongens geblesseerd af en onze selectie is niet breed genoeg om dat op te vangen. Daarnaast overleed mijn assistent Koos Warnaar half november plotseling. Dat was voor mij niet alleen een enorme aderlating; in de koppies van die jongens gebeurde er ook iets."
Ondanks alle tegenslagen geniet Immers wel van zijn hoofdtrainerschap. "Ik weet natuurlijk wat er gevraagd wordt omdat ik hier twee seizoenen assistent ben geweest van Marco. Daarnaast ben ik bij de jeugd van Wippolder trainer geweest van selectie-elftallen en heb ik bij Taurus met senioren gewerkt. Het hoofdtrainerschap van deze club is leuk, maar wel moeilijk. We hebben twee elftallen, waarvan één veteranenelftal. Die jongens willen weleens inspringen, maar dat moet geen gewoonte worden, want ze spelen natuurlijk niet voor niets bij de veteranen. De spoeling is dus dun, zeker als de trainingen soms wel erg gemakkelijk worden afgezegd. Daar komt bij dat we er geen jeugd achter hebben zitten."
Toch gaat Immers vol goede moed de tweede seizoenshelft in, die zondag begint met de thuiswedstrijd tegen hekkensluiter Houtwijk. "Hopelijk komen de spelers allemaal fit de winterstop uit en kunnen we eindelijk eens met het favoriete elftal spelen. Ik ben er namelijk van overtuigd dat in deze groep meer kwaliteit zit dan er tot nu toe is uitgekomen. We gaan er keihard aan werken om dit seizoen zo goed mogelijk af te sluiten. Dat is zondag wel nodig ook, want ondanks het feit dat zij laatste staan, hebben ze een aardig elftal. Bij ons loopt het voorin best aardig, terwijl ik denk dat ons middenveld het beste van de competitie is. Daarbij hebben we met Tim van den Bos een prima keeper, maar hij kan het niet alleen. Hopelijk sluiten de jongens uit de achterste linie dus snel weer aan."

Bloedfanatiek
Over de verwachtingen voor de komende maanden is de oefenmeester duidelijk. "Natuurlijk staan we er niet al te goed voor, maar we hebben in die eerste seizoenshelft ook heel wat wedstrijden verloren, terwijl de tegenstander ook een niet al te goede indruk maakte. Ik vind het niet erg om van een betere tegenstander te verliezen, maar wel als je er niet alles aan gedaan heb. Zodra ik op dat veld sta, ben ik bloedfanatiek. Een periode behalen zal heel lastig zijn, maar we moeten meer punten kunnen halen dan die negen die er nu staan. Dat moet komende maanden beter, want ik wil mijn periode bij Delfia op een mooie manier afsluiten."
Immers zegt de club na dit seizoen namelijk vaarwel om René Koetsenruyter op te volgen als hoofdtrainer bij DVC. "Ook daar heb ik ontzettend veel zin in. Het is een mooie club, waarbij de randvoorwaarden ontzettend goed zijn. Alles wordt voor die jongens geregeld: de was wordt gedaan, ze krijgen kleding van de club, dat ziet er gewoon hartstikke mooi uit. Ik ken de spelersgroep zoals die momenteel is nog niet echt goed, maar ik weet wel dat er een goede lichting vanuit de jeugd aan zit te komen. Ik heb er het volste vertrouwen in dat we er, eventueel met enige versterkingen, een goed draaiend elftal van kunnen maken, zodat het voor jeugdspelers ook makkelijker is om bij de selectie aan te sluiten."

Bouwen
Echt moeite om zijn huidige club te verlaten heeft de oefenmeester niet. "Dat komt doordat ik eindelijk weleens wil gaan bouwen. Dit seizoen heb ik weinig keuzes kunnen maken, doordat er simpelweg niet zoveel spelers zijn. Als dat zo is, moet je spelers van andere clubs halen of jongens die een tijd geblesseerd zijn geweest en weer in een eerste elftal willen spelen. Het vervelende daaraan is dat dat soort jongens nooit veel langer dan één seizoen blijven hangen. Als dat het geval is, moet je ieder jaar opnieuw beginnen."