Michael Stet geniet tegenwoordig niet alleen van zelf op het voetbalveld staan, maar ook van de passie en beleving die zijn dochters op het hockeyveld aan de dag leggen. (foto: Roel van Dorsten)
Michael Stet geniet tegenwoordig niet alleen van zelf op het voetbalveld staan, maar ook van de passie en beleving die zijn dochters op het hockeyveld aan de dag leggen. (foto: Roel van Dorsten)

Hoe gaat het met Michael Stet?

sport

DELFT - Michael Stet (50) staat in de top 20 van spelers met de meeste wedstrijden voor DHC 1 en kwam in twintig jaar drie periodes voor Concordia uit.

Stet begon met voetballen bij Delfia. "Ik speelde daar mijn hele jeugd en maakte op 17-jarige leeftijd mijn debuut onder Chris Kronshorst. Hij was op dat moment de beste trainer die ik me kon wensen."

- Waarom?
"Ik was jong, had grote longen en een heel groot hart. Chris leerde me doseren en bracht ons het voetballende gedeelte bij. Ook op de training hadden we er zoveel plezier in. Ik kwam in een elftal met onder meer Cock in den Haak, John de Wit, Wim Desaunois, Roland de Vreede en de drie oudste Gronsveldjes. We speelden prachtig voetbal, maar kwamen scorend vermogen tekort. We veegden 'het Gouden DHC' zelfs eens met 5-1 van de mat."
- Waarom ging je er weg?
"Het bestuur besloot met Martin Stoelinga verder te gaan en spelers te halen. Daarop stapte bijna de hele selectie op. De meesten gingen naar Wippolder, ik ging met Marcel Heijink en Marcel Croes naar Concordia. Na een prachtig jaar merkte ik dat mijn sportieve ambities hoger lagen en meldde ik me aan bij DHC."

- Hoe beviel dat?
"Goed. Ik kwam tegelijk met René Lander binnen en na een jaar onder Wim van Til, werd Jan van den Akker trainer. Die man ademde voetbal, nog steeds trouwens. Hij werd opgevolgd door John de Letter. Ik heb er tien jaar gespeeld, waarvan acht in de hoofdklasse. Erna vertrok ik met Maurice Bavelaar naar Concordia."

- Voelde dat als thuiskomen?
"Ja, nadat we in het tweede jaar promoveerden stopte ik. Erna sportte ik voor mezelf verder, maar heb ik geen voetbalveld meer gezien. Totdat Joop Poot acht jaar erna belde en vroeg of Maurice en ik halverwege het seizoen trainer Frank Kuyl wilden vervangen. Dat hebben we gedaan, maar we konden degradatie niet afwenden. Wel hadden we het helemaal te pakken en promoveerden we het jaar erna als speler onder Hans Verheij."

- Wat doe je nu nog?
"Ik ben trouw supporter bij mijn dochters Danouk en Tamée, die op landelijk niveau hockeyen in de A1 en B1 van Ring Pass. Zij hebben net zo'n hekel aan verliezen als ik, maar wel meer scorend vermogen dan ik ooit heb gehad. Verder speel ik met veel oud-eerste spelers in Concordia 3, waarmee we in zes seizoen van de reserve vierde klasse, naar de reserve eerste klasse zijn gepromoveerd. Naast het veld zijn we een vriendenteam, maar donderdag op de training en zondag in de wedstrijd klappen we erop en spelen we altijd om te winnen, nooit om te verliezen."