SEP is aan het verjongen en dat gaat met vallen en opstaan

DELFT - SEP is aan het verjongen. Onder leiding van Ton Rekelhof, die begin dit seizoen overkwam van Victoria '04, wordt gewerkt aan het elftal van de toekomst.

Zo'n proces gaat niet zonder slag of stoot. "Als je op deze manier aan het bouwen bent, ga je eerst een paar keer op je bek", vertelt middenvelder Richard Kasius. "Maar uiteindelijk leer je daarvan en gaat het beter. Tot op heden blijven de resultaten uit, maar voetballend groeien we en qua teamgeest zit het wel goed bij ons. Zo zag je dat we in de wedstrijd tegen DHL een kwartier voor tijd met 0-2 achter stonden, maar we kwamen in de slotfase toch terug."

"IK MERK DAT DE MENSEN WAT MEER VAN ME VERWACHTEN"
In het zeer jonge elftal van SEP is de 19-jarige student Sport en Bewegen met één seizoen ervaring in het vlaggenschip één van de meer ervaren spelers. "Dit is mijn eerste jaar dat ik officieel senior ben, maar afgelopen seizoen zat ik al bij de selectie. Door dat jaartje ervaring merk ik wel dat mensen iets meer van me verwachten, bijvoorbeeld dat ik in het veld wat volwassener ben. Aan de ene kant is dat best lastig, want ik heb zelf natuurlijk ook niet heel veel ervaring, maar aan de andere kant leer je er wel van."
Met veel van zijn nieuwe ploeggenoten, die dit seizoen bij de selectie aansloten, speelde Kasius in de jeugd ook al samen. "Dat is niet alleen een compliment waard voor die jongens zelf, maar ook voor de trainers die we in de jeugd hebben gehad en die nog steeds binnen de club rondlopen. SEP is een club waarbij er weinig jongens van buiten komen en dan moet je het met jonge gasten doen. Het is mooi dat die er ook zijn. Daarbij is de sfeer binnen de club geweldig."
Dat heeft ook trainer Ton Rekelhof ontdekt. "Hij is een heel enthousiaste trainer die heel veel praat. Hij heeft er in het begin even aan moeten wennen dat SEP SEP is, maar inmiddels gaat dat hartstikke goed. Voor hem is het ook goed werken met een jonge, gretige groep."
Voorlopig zal Rekelhof het moeten stellen zonder de inbreng van Kasius, die in de uitwedstrijd bij Oliveo van twee weken geleden zijn sleutelbeen brak. "Daar baal ik natuurlijk ontzettend van, want als voetballer wil je toch vooral laten zien wie je bent. Dat kan pas weer na de winterstop. Tot die tijd zal ik vanaf het balkon mijn teamgenoten aanmoedigen."

"IK DENK DAT EEN TRAINER ME ER GRAAG BIJ HEEFT"
Ook voor zijn ploeg zal Kasius' afwezigheid een gemis zijn. "Want ik denk dat ik een speler ben die een trainer er graag bij heeft. Ik kan op alle plekken op het middenveld uit de voeten. Ik ben redelijk allround en blink nergens echt in uit, al ben ik best snel en kan ik aardig een bal vasthouden. Daarnaast ben ik bloedfanatiek en geef ik nooit op."
Die instelling zal nodig zijn om dit seizoen bij de onderste plaatsen weg te blijven. "Doordat HMC en Erasmus uit de competitie zijn gehaald, zal er geen enkele ploeg direct degraderen. Wel spelen er twee ploegen nacompetitie en als we die weten te ontlopen, doen we het in mijn ogen hartstikke goed. Als dat ons lukt, zijn we als elftal weer een jaar verder en kunnen we volgend seizoen eventueel andere doelen stellen, want het is wel duidelijk dat we zeker nog beter kunnen."
Dat geldt niet alleen voor de ploeg, maar ook voor Kasius zelf. "Ik wil vooral het beste uit mezelf halen, optimaal presteren. Daarvoor moet je op een zo hoog mogelijk niveau spelen, dus als ik benaderd word door clubs die hoger spelen, zal ik daar zeker over nadenken. Ik hoef hier nu absoluut nog niet weg. Wat wel jammer is, is dat we niet meer zoveel derby's spelen als vorig seizoen. Wat dat aangaat is het voor ons jammer dat Wippolder, Concordia en Den Hoorn niet meer bij ons in de competitie zitten, want dat waren wel heel bijzondere wedstrijden."