Afbeelding

Ron Wijsman

advertenties

Ron Wijsman (58, vierde van rechts) is coördinator van de Internationale Schakelklassen van het Grotius College en bereidt nieuwe Nederlanders voor op het reguliere onderwijs.

1. Waarom wilde je aan de Maria Duystlaan worden gefotografeerd?
"Omdat we hier op een tweede locatie onderwijs geven aan leerlingen tussen de twaalf en achttien jaar die niet uit Nederland komen. Alles wat we doen draait om deze kinderen. Hierbij hebben we een regiofunctie."

2. Wat voor leerlingen hebben jullie?
"De leerlingpopulatie is heel divers. Het gaat om vluchtelingen, kinderen van expats of mensen die in Delft studeren, maar ook om kinderen van mensen die hier een nieuwe partner hebben gevonden."

3. Wanneer begonnen jullie met Internationale Schakelklassen?
"In 1979. De toenmalige directeur van scholengemeenschap Van der Made maakte zich sterk voor onderwijs voor kinderen van de gastarbeiders bij de Kabelfabriek en Calvé. Later is met de gemeente en andere VO-scholen afgesproken dat wij, als aanbieder van openbaar onderwijs in Delft, zorg dragen voor nieuwkomers."

4. Wat houdt de Internationale Schakelmodule in?
"Onze leerlingen hebben tweeëndertig lesuren van vijftig minuten. In negentien van deze lessen krijgen ze Nederlands en er zijn vier lessen rekenen en wiskunde. Andere vakken zijn techniek, koken, tekenen en gymnastiek. We moeten ze binnen maximaal twee jaar nadat ze voet op Hollandse bodem zetten klaarstomen voor het regulier middelbaar onderwijs."

5. Komt daar meer bij kijken dan bij autochtone leerlingen?
"Ja, want de diversiteit onder leerlingen is enorm. Sommigen hebben IQ van 50, anderen van 140. Daarnaast is veel afhankelijk van de vooropleiding. Als je in een oorlogsgebied bent opgegroeid, is je vooropleiding een stuk minder dan wanneer je in je thuisland goed onderwijs hebt genoten. Daarbij kunnen leerlingen gedurende het hele jaar instromen."

6. Zijn deze leerlingen meer gemotiveerd dan autochtonen?
"Ja, vooral op het gebied van taal. Die zorgt er namelijk voor dat ze kunnen communiceren en een stukje zelfstandigheid krijgen. Je ziet dat daar verschillend mee wordt omgegaan. Sommigen trekken de stoute schoenen aan en brabbelen erop los, terwijl anderen helemaal dichtklappen van de spanning."
7. Als ik burgemeester van Delft was, dan...
"... zou ik nog meer geld vrijmaken voor locaties en uitbreiding van het cursusaanbod. Jongeren van achttien vallen tussen wal en schip en moeten inburgeren, terwijl ze veel meer potentie hebben om iets heel anders op een ander niveau te doen. Investeren in deze groep komt de maatschappij op termijn zelf ook alleen maar ten goede."

8. Heeft je werk invloed op je kijk op vluchtelingen?
"Nee, want wij bekijken het vooral praktisch. Als duidelijk wordt dat mensen uit een ander land naar Nederland komen, is het belangrijk om serieus zaak te maken van scholing, anders moet je mensen niet opnemen in je land. Wat je er privé van vindt, doet er niet toe."

9. Wat is het mooiste aan je werk?
"Dat ik kinderen zie binnenkomen die niet veel kunnen en bang zijn wat hen te wachten staat. Uiteindelijk zie je hen op het niveau waar ze thuishoren verder gaan in het onderwijs, welk niveau dat ook is."

10. Tussen autochtone kinderen?
"Ja, sommige mensen maken zich nog weleens zorgen of dat niet ten koste gaat van de autochtone leerlingen, maar dat is zeker niet het geval. Leerlingen stappen pas over als ze aangetoond hebben om op dat niveau te kunnen functioneren."