Delftse horeca-ondernemers kwamen maandag in Museum Prinsenhof Delft bijeen.
Delftse horeca-ondernemers kwamen maandag in Museum Prinsenhof Delft bijeen.

Het Straatje is terug, maar Delft biedt nog veel meer Vermeer

Algemeen

DELFT – Het Straatje van Vermeer is terug. Afgelopen vrijdag kon publiek het meesterwerk van Vermeer voor het eerst bewonderen.

Delft stond al de hele week in het teken van Vermeer. Vanaf maandag was de speciale Vermeer-editie van de NAAR DELFT-krant op meerdere plekken in de stad af te halen. De Delftse horeca kwam die dag bijeen in Museum Prinsenhof om te vergaderen èn een preview van de tentoonstelling te krijgen. Woensdag was de pers welkom om alvast een kijkje te nemen. Donderdag mochten genodigden 'Het Straatje' alvast bewonderen en gingen op meerdere plekken in de stad Vermeervlaggen de masten in. Vrijdagmorgen werd op het station het 'Jaar van Vermeer' geopend door wethouder Ferrie Förster. Dit gebeurde bij een speciale informatiebalie, waar voortaan toeristische informatie wordt verstrekt. Om 11.00 uur gingen de deuren van Museum Prinsenhof open – en kon het grote en langverwachte genieten beginnen.

Komende tijd
Het blijft komende maanden niet bij de tentoonstelling in Museum Prinsenhof, benadrukt Ed Hoogendijk, voorzitter van de Delftse afdeling van Koninklijke Horeca Nederland. Vele Delftse horecaondernemers kwamen hier begin deze week bijeen. "In schat dat zo'n 60 procent van de Delftse horeca wel iets met Vermeer doet", vertelt Hoogendijk. "Ik had vooraf niet verwacht dat zó veel zaken zouden aanhaken. Van hotelarrangementen tot Vermeercruises, biertjes, gebakjes, alles wordt aangegrepen om Vermeer en Het Straatje te promoten." En zo hoort het ook, vindt Hoogendijk. "Wij moeten samen met een sterke detailhandel gaan zorgen voor de beleving in de binnenstad en dat gaan we zeker ook doen. Dat is geweldig. Ook Delftenaren kunnen hun stad nu op een andere manier beleven. Wandel met die Vermeer-app van Museum Prinsenhof door de stad en je komt van alles te weten. Ontzettend leuk."

Delft moest diep in haar vrij lege buidel tasten om Het Straatje terug te laten keren, maar volgens Hoogendijk is het elke euro dubbel en dwars waard. "Dit is geen investering voor komende maanden, maar voor de komende jaren. De contacten die Museum Prinsenhof nu met het Rijksmuseum en het Mauritshuis legt gaat nog zo veel meer uitkomen. We zijn afgelopen jaren Serpo, het Legermuseum, Lambert van Meerten en Nusantara kwijtgeraakt. Als er dan een goede tentoonstelling in Museum Prinsenhof kan komen dan moeten we dat ondersteunen. We maken momenteel weer hele goede stappen."