Vermeer komt thuis in Delft

Museum Prinsenhof Delft opent op 24 maart de tentoonstelling 'Vermeer komt thuis'. Voor het eerst in 320 jaar zal Het straatje van Johannes Vermeer weer te zien zijn in de stad waar het is geschilderd.

Door: David de Haan

Aanleiding vormt de ontdekking van professor Frans Grijzenhout dat de huizen op het schilderij ter hoogte van Vlamingstraat 40-42 hebben gestaan. Daarmee is Delft weer een Vermeerlocatie rijker, want Delft is Vermeer en Vermeer is Delft.

Klein gebied
Wie het Delft van Vermeer zoekt ontdekt dat diens leven zich in een klein gebied rondom de Markt afspeelde. Delfts beroemdste kunstenaar wordt in 1632 geboren, waarschijnlijk in de toenmalige herberg De Vliegende Vos aan de Voldersgracht, tegenwoordig nummer 25. Op 9-jarige leeftijd verhuist Vermeer met zijn ouders naar de herberg Mechelen aan de Markt.
Vermeers vader Reynier, verdient de kost als herbergier en kunsthandelaar en heeft zodoende regelmatig kunstenaars over de vloer. Ongetwijfeld zal dit van invloed zijn geweest op de kunstzinnige loopbaan van Johannes. In hetzelfde jaar trouwt hij met Maria Thins en gaan ze mogelijk in herberg Mechelen wonen. Vanaf 1660 woont Vermeer in elk geval bij zijn schoonmoeder aan de Oude Langendijk, op de plek waar nu de Maria van Jessekerk staat. Zijn moeder gaat in 1669 bij haar dochter Geertruy in de Vlamingstraat wonen. Schuin tegenover woont Vermeers tante Ariaentgen van der Minne. Het is haar huis dat hij rond 1658 vereeuwigd op Het straatje.
Na zijn dood in 1675 wordt Vermeer begraven in de Oude Kerk, tegenover het Prinsenhof, waar vanaf 24 maart Het straatje valt te bewonderen. In de begeleidende tentoonstelling komt het Delft van Vermeer verder tot leven, waarna de bezoeker met een virtual city tour ook letterlijk in de voetstappen van Delfts beroemdste schilderzoon kan treden.
Een aanrader dus, voor een ieder die geïnteresseerd is in het leven en werk van Delfts beroemdste schilderszoon.