Oud-topdarter en Hagenaar Hans Blijs richt z'n pijltjes op Delft

Algemeen

Hans Blijs (rechts) won onlangs de Darts in Delft Master. Jeanine ’t Hart (links) leverde dezelfde prestatie, maar dan bij de vrouwen.

DELFT – Hans Blijs is het darten nog niet verleerd. Twee weken geleden won de Haagse darter in Delftse dienst voor de derde keer de Darts in Delft-Masters.

Blijs was vier jaar lang met niets anders bezig dan pijltjes gooien. Hij speelde met en tegen alle internationale toppers. Dat was, blikt hij terug, ‘een fantastisch tijd’. Maar helaas, ook aan fantastische tijden komt een eind. Ook voor Hans Blijs. Omdat hij zijn sponsoring niet meer rond kreeg, besloot hij zijn werk als timmerman weer op te pakken en alleen nog aan wedstrijden dichter bij huis mee te doen. Zoals aan de Darts in Delft-Masters, die onlangs bij Stars & Bars werd georganiseerd. Daar doen, weet Blijs, overigens heel aardige darters aan mee. “Het niveau wordt elk jaar hoger. Je moet echt wel wat kunnen wil je daaraan mee mogen doen”. Ook Blijs, die het toernooi al twee keer won, plaatste zich dit jaar dus voor de DID-Masters. Het werd, vertelt hij, een mooie dag. “Het was echt geweldig. Het is een uniek toernooi, er wordt door de organisatie zó veel moeite voor gedaan. Alle spelers komen bijvoorbeeld op een eigen nummer, ook tweededivisie-spelers. Dat zie je nergens anders in Nederland.” Het darten ging hem bovendien goed af. “Ze vielen lekker. Het bleek wel dat ik vorm was, want ik heb echt geen makkelijke tegenstanders tegen me gehad.”

Vier jaar vakantie
Hans Blijs speelde al tegen vele wereldtoppers. Vier jaar lang liep hij de internationale rankings af om punten voor het WK/Lakeside te verzamelen. “Ik heb eigenlijk gewoon vier jaar vakantie gehad. Ik had overal ter wereld wedstrijden. Canada, Australië, ik ben overal geweest, alleen maar om punten te halen. Ik heb drie keer op een plek gestaan die recht gaf op deelname aan de Lakeside. Maar steeds werd ik vlak voordat het toernooi ging beginnen gebeld omdat de regels waren aangepast. Dan kwamen er opeens zes of zeven Engelsen bij en ik kon niet meer meedoen.” Daar baalt hij nog nog steeds van. “Ik zat er zó dichtbij. Ik was er doodziek van dat ze opeens de regels hadden aangepast.” Maar, zegt hij ook: “Achteraf gezien was het een schitterende tijd. Ik mis het wel. Het was een leuk leventje. Een beetje reizen, pijltjes gooien en een biertje drinken.” 

De afgelopen paar jaar was hij als darter vooral in Delft actief. Dat bevalt hem goed. Zelfs zó goed, dat hij zich in Delft nu op een woning aan het oriënteren is. “Ik heb heel wat dartbonden meegemaakt, maar in Delft kun je altijd wel darten. Elk weekend is er wel een wedstrijd. Als darter kun je beter in Delft dan in Den Haag zitten. Jongens uit Den Haag komen daarom steeds vaker naar Delft om te darten.” Zo ook Blijs, die deel uitmaakt van het Delftse team Bull Shit en daarnaast dart voor de bond Darts in Delft. 

Blijs begon in 1997 met darten, vlak voordat Raymond van Barneveld voor de tweede keer Lakeside won. Blijs zat bij ‘Barney’ op school, maar na het eindexamen raakten ze elkaar ‘een beetje kwijt’. “Toen ik hem voor de tweede keer Lakeside zag winnen, ben ik naar hem toe gegaan en van het één kwam het ander.” Van Barneveld vroeg of Blijs bij hem in het team wilde. Vanaf dat moment leerde hij veel en snel. “Daar heb ik geluk mee gehad. Ik heb ook anderhalf jaar met Ronald Scholten getraind.” En ook Bert Vlaardingerbroek was een trainingsmaatje van Blijs. “Ik heb drie Nederlandse topdarters om me heen gehad. Ik heb het dus echt van de dartmeester geleerd.” 

- Wat is jouw sterke punt?
“Ik geef nooit op en ik kan zwaar scoren. Daarmee bedoel ik dat ik constant twee triples weet te raken, en dat een wedstrijd lang. Ik heb niet echt een zwak punt. Ja, ik wil op belangrijke momenten nog wel eens een pijltje misgooien. Ik heb veel gewonnen, maar het is op het laatste moment ook wel vaak misgegaan.” 

- Door de zenuwen?
“Ja, darten is een zenuwenspel. Het is anders als het om plaatsing voor een WK gaat. Dan worden die vakjes opeens heel klein. Ga je dan ook nog effe twijfelen, dan is het gelijk afgelopen met je.” 

- Hoe vaak dart je nu nog?
"Heel weinig. Eén of twee keer in de week. Ik moet nu weer hard werken als timmerman, dat gaat goed. Als ik de kans krijg om weer internationaal te darten, moet ik een goeie sponsor hebben. Maar ja, als darten niet op tv komt, is het voor sponsors niet interessant. Tv is alles in de dartwereld.” 

- Waar merk je dat aan?
“Een jaar nadat darten niet meer op tv was, zag je het aantal deelnemers op toernooien al afnemen. En als het weer op tv is, zie je iedereen darten. Wil je als darter meelopen in het internationale wedstrijdcircuit, dan kost dat al gauw 10.000 tot 15.000 euro per jaar. Vroeger lukte het me om dat aan sponsorgelden binnen te krijgen. Nu het niet meer op tv is, is dat niet meer te doen. Je legt bovendien zo veel druk bij jezelf. Een beetje leuke darter kan er trouwens nog wel van komen, hoor, maar wil je aan de top blijven, dan moet je zoals Raymond van Barneveld zijn.” (JN)

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12