Kritiek op de aanleg van de A4 tussen Delft en Schiedam neemt meer en meer toe

Algemeen

Een dagelijks beeld op Rijksweg A13: file tot zo ver het zicht reikt. Als de A4 wordt doorgetrokken zal aan dit beeld weinig veranderen, beweren critici. (foto: Koos Bommelé)

DELFT – Het aantal tegenstanders voor het doortrekken van de Rijksweg A4 lijkt stevig te groeien. Het zijn niet alleen nog maar bezorgde natuurliefhebbers, maar ook hoogleraren en gezaghebbende instanties die beweren dat het aanleggen van de A4 tussen Delft en Schiedam uiteindelijk funest is voor het verkeer in de regio.

Een extra stuk asfalt moet haast wel leiden tot minder files, denkt menigeen. Niets lijkt echter minder waar, zo blijkt uit verschillende onderzoeken waar de tegenstanders van een doorgetrokken A4 op wijzen. Zo zou een doorgetrokken A4 tussen Midden-Delfland en Schiedam ervoor zorgen dat het op Rijksweg A13 in 2020 nog net zo vol staat als nu. 

Volgens Rijkswaterstaat passeert er op de A4 dan op het Prins Clausplein en Knooppunt Ypenburg 56 procent meer verkeer dan in 2006. Op beide verkeerspleinen staat het verkeer daarmee dan muurvast. Verder zal volgens onderzoek door Rijkswaterstaat de avondspits op de A20 bij Kleinpolderplein in 2020 van één uur tot zeven uur duren. Met de ochtendspits hierbij opgeteld, staat het verkeer op de A20 dan dus negen uur per dag vast. Op het Kethelplein en in de Beneluxtunnel bij Schiedam komt bij een doorgetrokken A4 in het jaar 2020 76 procent meer verkeer dan in 2006, dus ook hier lijkt het nieuwe stuk asfalt meer problemen te veroorzaken dan oplossingen te bieden. Tegenstanders van dit stuk snelweg vrezen daarom dat Delft in 2020 is omgeven door snelwegen waar gedurende een groot deel van de dag geen doorkomen aan is. 

De Delftse hoogleraar Vervoers- en Verkeersvoorzieningen Prof. Dr. Ing. Ingo Hansen klom daarom recentelijk in de pen om het Haagse College van B en W op de hoogte te brengen van de gevolgen van een doorgetrokken A4. In september vorig jaar schreef hij al een brief aan twee ministers en de Kamercommissie, waarin hij zijn wetenschappelijke bezwaren tegen de overheidsplannen onder de aandacht brengt. “Delft wordt niet beter van een doorgetrokken Rijksweg A4”, stelt Hansen. “Het verkeer op de verkeerspleinen Knooppunt Ypenburg en Prins Clausplein zal bij de aanleg van de A4 mede door het terugslageffect van files tijdens de ochtend- en midden/avondspits dagelijks vastlopen”, schreef hij naar het Haagse College. “Het heeft dus geen zin om het aantal rijstroken uit te breiden, terwijl het verkeer dan alleen maar nóg sneller vastloopt bij Knooppunt Ypenburg en het Prins Clausplein.” Want, weet hij, als de A4 eenmaal is doorgetrokken, is de volgende uitbreiding onvermijdelijk: een A13/A16, om de onaanvaardbare files die de A4 op de A20 veroorzaakt te verminderen. 

De Overheid probeert zich met de plannen voor de A4 en de A13/A16 volgens Hansen ‘op kortzichtige wijze te profileren met een spa in de grond’. “Verkeersdeskundigen zien dat”, zegt hij. “Ik maak me hier zorgen om. Als deze wegen er komen, dan komt er meer verkeer. Daar gaat het milieu van achteruit. Het verkeer zal zodanig toenemen dat de files terugslaan tot aan het Prins Clausplein. Daar schiet je dus niks mee op.” Minister van Verkeer en Waterstaat Camiel Eurlings wil volgens critici als Hansen de minister zijn die voor het eerst in twintig jaar weer gaat bouwen aan wegen. “En de meerderheid van de coalitie is voor weguitbreiding, dat staat in hun programma.” Ze bekijken dit vraagstuk volgens Hansen echter met oogkleppen op. “Jammer”, zegt hij, “maar dat is hun populisme.” De lokale partijen in de verschillende gemeenten zitten op hun beurt in een spagaat, omdat ze moeilijk tegen de plannen van hun landelijke partij in verweer kunnen gaan. “En de bewoners merken vaak pas iets als de graafmachines aan het werk gaan”, weet de hoogleraar.
De kritieken van Hansen staan niet op zich. De wettelijk verplichte Commissie MER constateerde in haar toetsingsadvies van 2 juli 2009 dat de A4 onvoldoende oplossing biedt om de knelpunten structureel op te lossen. Recentelijk hebben het Stadsgewest Haaglanden en de projectorganisatie Rotterdam Vooruit deze conclusie bevestigd. De hoogleraren Bert van Wee en Ben Immers schreven in het blad Cobouw van 16 april 2009 dat het ‘hoogst onzeker is of de keuze voor doortrekking van de A4 de beste keuze is’ en ‘dat de betere alternatieven niet zijn uitgewerkt, hoewel Eurlings dat december 2007 aan de Tweede Kamer had toegezegd’. Volgens Hansen is het ‘averechts’ om nu te beginnen met de aanleg van de A4 Delft-Schiedam en de A13/A16, waarvan de uiteindelijke kosten 4 miljard bedragen, terwijl het Prins Clausplein en het Knooppunt Ypenburg verstopt blijven, evenals de Brienenoordbrug en de Beneluxtunnel. 

Het aantal tegenstanders van een doorgetrokken A4 lijkt zodoende te groeien. Het feit dat een doorgetrokken A4 in eerste instantie vooral nog op veel voorstanders kon rekenen, was volgens de tegenstanders te wijten aan onwetendheid. Een studie met – voor de A4 negatieve conclusies – werd in 2006 geheim gehouden en in daaropvolgende studies en rapporten werden ‘negatieve cijfers’ zo goed mogelijk weggemoffeld en al helemaal niet vermeld in de samenvatting, zo stellen tegenstanders. 

Eén van die tegenstanders is Martin Stoelinga, al is dat wel eens anders geweest. De fractievoorzitter van Onafhankelijk Delft wás altijd groot voorstander van een doorgetrokken A4, maar nu hij op de hoogte is van alle cijfers over de gevolgen is hij een andere mening toegedaan. “Ik wil niet dat het hier straks net zo gaat als met de Noord-Zuidlijn in Amsterdam en de Betuwelijn”, zegt Stoelinga. “Het wordt steeds duidelijker dat een doorgetrokken A4 een fiasco is, terwijl ik de A4 altijd heb verdedigd.” 

Over de plannen van het al dan niet doortrekken van de A4 en de A13/A16 is nog geen besluit genomen. Eerst moet er nog een Ontwerp Tracébesluit worden gemaakt en ingediend, vervolgens mag iedereen inspreken. Daarna moet de minister dit tracébesluit maken en voorleggen aan de Tweede Kamer, die er op hún beurt weer bezwaar tegen mag maken. En daarná kan men nog naar de Raad van State. Eén ding lijkt hiermee volgens de kenners wel zeker: Het zandlichaam tussen Delft en Schiedam blijft voorlopig nog even een zandlichaam. (JN)



Informatiebijeenkomsten
Rijkswaterstaat organiseert komende maand vier informatiebijeenkomsten voor omwonenden en geïnteresseerden over het project A4 Delft-Schiedam. Tijdens de inloopbijeenkomsten krijgen bezoekers informatie over de voorlopige onderzoeksresultaten van het Ontwerp Tracébesluit en wordt er door het projectteam ingegaan op de stand van zaken, planning en besluitvorming. De informatieavond op woensdag 3 februari a.s. begint om 18.30 uur bij Rijkswaterstaat aan de Derde Werelddreef 1 in Delft en eindigt om 21.30 uur. Op maandag 8 februari a.s. is er eenzelfde bijeenkomst in Op Hodenpijl aan de Rijksstraatweg 20/22 in Schipluiden. De informatieavonden zijn inloopavonden. Dat houdt in dat bezoekers op elk moment tussen 18.30 uur en 21.30 uur welkom zijn. Op verschillende tijdstippen geeft Rijkswaterstaat een presentatie met informatie over het project. Tevens zijn er deskundigen van Rijkswaterstaat aanwezig die vragen kunnen beantwoorden.

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12