Afbeelding

Hemd van het lijf - Tien vragen aan Pieter de Ruyter

vaste rubrieken

Pieter de Ruyter (67) is restaurator en bracht onlangs het boek Verhalen van een hofje uit.

1. Waarom wilde je hier, voor je huis in de Donkerstraat, worden gefotografeerd?
“Omdat ik hier vijfenveertig jaar geleden ben komen wonen. Ik begon met het huis op nummer 3. Daar heb ik mijn bed neergezet en ooms en tantes gaven me wat oude meubels. Een paar jaar later heb ik nummer 1 erbij gekocht. Weer later kon ik de oude loods die ernaast stond kopen en die heb ik bij het huis getrokken. Inmiddels heb ik de oneven huisnummers van 1 tot en met 7. Ik heb het grotendeels zelf opgeknapt.”

2. Je hebt het boekje Verhalen van een hofje geschreven, is dat je eerste boek?
“Nee, ik heb ook al een dichtbundel geschreven en ook nu ben ik weer met een boek bezig. Het leuke aan Verhalen aan een hofje is dat ik, tijdens mijn werkzaamheden in verschillende hofjes allerlei verhalen hoorde. Ik ben van die verhalen uitgegaan, maar heb hier mijn fantasie bij gebruikt. Sommige mensen denken zichzelf te herkennen in de verhalen, maar in principe berusten alle overeenkomsten met bestaande personen op toeval.”

3. Wat houdt het werk van een restaurator in?
“Ik krijg opdrachten om bepaalde projecten na onderzoek in oorspronkelijke staat op te knappen. Daarnaast geef ik ook kleuradviezen. Al met al houdt dat in dat ik veel schilder- en restauratiewerk doe. Dat kan bij gevels zijn, maar ook gevelstenen, kerken, inrichtingen en schilderijen. Eigenlijk van alles.”

4. Wat is dan het verschil tussen een schilder en een restaurator?
“Het onderzoek dat een restaurator doet. Als schilder onderzoek je de ondergrond om te kijken met welk materiaal je gaat werken. In dit werk gaat meer werk zitten. Simpel gezegd doet een schilder wat hem gevraagd wordt en een restaurator doet historisch onderzoek naar welke kleuren het object vroeger had. Verder heb je veel kennis van materialen nodig. Zo kan het zijn dat ik een uur bezig ben om te beslissen hoe ik een stip ter grootte van een speldenpunt ga zetten.”

5. Ben je weleens bang dat er bij het restaureren van het schilderij iets misgaat?
“Die vraag mag je natuurlijk nooit stellen, haha. Maar ik heb het inderdaad weleens mis zien gaan. Het is belangrijk dat je goede kennis heb van de ondergrond en de materialen die je gebruikt. Je begint met de risicoloze oplossingen en eindigt met de wat ‘gevaarlijkere’ dingen. In de tweeënveertig jaar dat ik als restaurateur werk, heb ik veel kennis en ervaring opgedaan.”

6. Heeft de restauratiebranche last van de crisis?
“Zeker weten. Zelf heb ik de pensioengerechtigde leeftijd al bereikt en doe ik het nog omdat ik het leuk vind, maar je merkt wel dat steeds minder opdrachten binnenkomen. Daarom kan ik me voorstellen dat het lastig is als je ervan moet leven.”

7. Als ik burgemeester van Delft was, dan…
“Zou ik meer inspanningen doen om de stad schoner te houden. Als je ziet dat de rommel van de carnavalsstoet er een jaar later nog ligt, is dat zonde. Verder zie je ook met Koninginnedag dat er veel te weinig prullenbakken zijn. Mensen willen hun rommel wel opruimen, maar dan moet het wel gefaciliteerd worden. Ik heb er begrip voor en snap dat het met de bezuinigingen lastig is, maar het is zo zonde van deze prachtige stad.”

8. Wat doe je naast restaureren en schrijven?
“Toen ik 65 werd, wilde ik andere dingen gaan doen. Daarom ben ik cursussen gaan volgen bij de VAK. Ik heb de cursussen gedichten en korte verhalen schrijven gevolgd. Verder volg ik er bij Margriet Barnhoorn de cursus kunstgeschiedenis. Zij is heel enthousiast en geeft ontzettend leuke lessen. Soms wordt mijn mening ook gevraagd, omdat ik veel verstand van restaureren heb. Verder schilder en teken ik en zing ik in een koor.”

9. Op welk project ben je het meest trots?
“Je moet weten dat ik een ras-Delvenaar bent, aan mijn vaders kant vierde generatie. Zodoende ben ik op de gevelsteen van het Kruithuis heel erg trots. De kracht die eruit spreekt vind ik fantastisch. De status, de allure, het idee van ‘wij zijn de Republiek der Zeven Provinciën’, prachtig!”

10. Kunnen we nog meer boeken van je verwachten?
“Jazeker. Jan Maurits Schouten, hoofdredacteur van het schildersvakblad, vroeg me waarom ik geen boekje maakte met mijn gedichten over alles wat met schilderen te maken heeft. Joke Krul, die regelmatig voor mij werkt heeft deze uitgezocht en de vormgeving verzorgd. Het wordt een leuk boek dat ik dit jaar wil uitgeven. Voorlopig kunnen de mensen Verhalen van een hofje nog kopen bij Bruna aan de Gasthuislaan, bij de HYPO Kunstsupermarkt en bij Boekhandel Huyser.”(AdW)

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12