Afbeelding

Voor Schipluiden-doelman Simon Dijkshoorn is keepen meer dan een passie

sport

Editie: Week 48, Jaargang 21 |

Simon Dijkshoorn hield ook in de wedstrijd tegen RKDEO zijn doel schoon, ondanks deze inzet van Rob van Hagen. (foto: Roel van Dorsten)

SCHIPLUIDEN – Het zit even allemaal niet mee bij Schipluiden. De ploeg van trainer Edger Kuntz greep op de laatste speeldag naast de eerste periodetitel en wist daarna niet meer te winnen. Doelman Simon Dijkshoorn heeft er alle vertrouwen in dat het wel goed komt met zijn ploeg.


“Als je de afgelopen wedstrijden bekijkt, zie je dat we echt wel goed voetbal spelen, maar dat we te weinig creëren. Dan krijg je aan het eind van de rit de complimenten, maar niet de punten, terwijl die je in de tweede klasse houden.” Heel vreemd is de tijdelijke terugval van de Midden-Delflanders niet, want er staat een heel jong team op sportpark Keenenburg. “Een heel aantal van die jongens komt direct uit de A-jeugd en speelt meteen al mee in het eerste. Ze hebben heel veel potentie, maar het is soms wel wat wisselvallig. Ik denk wel dat we met deze groep voor de positie drie tot en met zes moeten kunnen meedoen. We staan nu achtste met een wedstrijd in te halen. Als we die winnen, staan we met vier ploegen op de vierde plek.”
Dijkshoorn zelf is met zijn 31 jaar de oudste in de selectie. “Daarom probeer ik veel in de coaching te doen. Dat is weleens lastig, omdat ik keeper ben. Als je elftal tegen de zestien meter van de tegenstander staat, ga ik niet over heel het veld schreeuwen. Dan wacht je tot het spel meer aan jouw kant is en kom je terug op de situatie van eerder en geef je door wat je te zeggen hebt. Het zou fijn zijn als we wat meer geroutineerde spelers in het elftal hadden gehad, maar op dit moment zijn die er niet.”
Het keepen zit Schipluidens rots in de branding in de genen. Zijn vader Ary stond in vroeger jaren onder de lat bij de zaterdagtak van  Schipluiden en diens voorganger ASSO. “Maar hij heeft geen druk op me uitgeoefend om keeper te worden. Ik ben in de F’jes net als iedereen begonnen als voetballertje dat zo nu en dan een wedstrijdje moest keepen. Dat beviel me wel en al in de E’tjes was ik er uit dat ik ermee verder wilde. Het was natuurlijk leuk dat ik mijn vader jaren later opvolgde als keeper van de zaterdagtak.” In de manier van keepen ziet Dijkshoorn weinig overeenkomsten met zijn vader. “Hij was voor niets en niemand bang en liep als dat nodig was dwars door je heen. Hij was ruim twee meter lang en heel breed. Zelf ben ik dat niet, maar ik ben wel sterk in de één-tegen-één en ik heb een goede reflex. Daarnaast ben ik meevoetballend ook beter dan hij was, maar dat heeft ook met de tijd te maken. Het voetbal was toen natuurlijk ook heel erg anders.”


‘EIGENLIJK IS HET RAAR DAT JE JE ER ALS KEEPER ZO VOOR GOOIT’
De opvatting dat keepers altijd een beetje gek zijn is volgens de doelman geen fabeltje. “Dat moet ook wel, want anders ga je er niet staan. Van de week op de training doe je een afwerkoefening en dan halen ze vanaf vijf meter vol uit. Natuurlijk moet je daar ook goed op trainen, maar eigenlijk is het raar dat je je er als keeper zo voor gooit. Verder is er natuurlijk wel de kleedkamerhumor, maar die is er altijd en daarin is de rol van de keeper niet anders dan die van de overige spelers.”
Dat keeper zijn meer dan een passie is voor Dijkshoorn, blijkt wel uit de naam van zijn eigen bedrijf, dat hij drie maanden geleden startte: Goalkeeper Management & Consultancy B.V.. “Hierin adviseer ik bedrijven, organisaties en overheden bij het stroomlijnen van hun organisaties. Het was een idee waar ik al een tijdje mee bezig was en het gaat goed. Eigenlijk doe ik niet veel anders dan in het veld: problemen oplossen. Het is heel fijn om eigen baas te zijn. Om ernaast te voetballen is ook wel lekker; twee keer in de week trainen en je hoofd even helemaal leegmaken en dan op zondag een wedstrijd. Ik vind het heerlijk!” (AdW)

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12