Bij het Nederlands Kampioenschap gaat het om het spel, maar vooral om de knikkers

Scheidsrechter Jeremy Bierma (rechts) ziet er op toe dat de jonge deelnemers zich aan de spelregels houden.

DELFT – Het valt niet altijd mee om een knikker in het putje te krijgen. Zeker niet als de druk hoog is en de ondergrond hobbelig.

Op de Markt was woensdagmiddag een voorronde van het Red Band Nederlands Kampioenschap Knikkeren. Zo’n tachtig leerlingen van verschillende Delftse basisscholen waren daarom naar de Markt gekomen in de hoop één van de mooie prijzen te winnen. Verder waren er ook acht plekken te verdelen voor de landelijke finale, die op 29 mei a.s. in Walibi World wordt gehouden. Omdat er op de Markt geen knikkerputjes zijn, vormen rode plastic knikkerputjes vandaag het doelwit. Kinderen moeten om de beurt proberen om één van hun vijf knikkers in het putje te knikkeren. Wie dit als eerste voor elkaar krijgt, of wie na vijf minuten de meeste knikkers in het putje heeft gemikt, heeft gewonnen. 

Dat blijkt nog niet zo'n eenvoudige opgave te zijn. Door de niet erg vlakke ondergrond van kleine en oude bakstenen ketsen de knikkers soms weer net zo hard terug. “De ondergrond zorgt voor de nodige hindernissen”, ziet ook mede-organisator Koen Driessen. “Maar dat maakt het juist leuk, het biedt kansen voor iedereen.” Om Nederlands Kampioen te worden moet je daarom soms wèl een beetje geluk hebben, geeft hij aan. Driessen reist namens organisator Red Band door heel het land om het Nederlands Kampioenschap Knikkeren in veertien verschillende gemeenten in goede banen te leiden. Hij heeft wel een verklaring voor de blijvende populariteit van een oud-Nederlands spel als knikkeren. “Het is heel laagdrempelig en buitenspelen is toch een andere vorm van samenzijn en lekker bezig zijn dan wanneer je achter een computer zit.” Het maakt volgens hem niet uit hoe oud je bent. “De Nederlands Kampioen van vorig jaar was 9 jaar oud, terwijl er ook deelnemers van 12 jaar meededen.” 

De 10-jarige Thijs Strooper is vandaag ook van de partij. Ambities om Nederlands Kampioen te worden heeft hij niet. “Maar ik wil graag dat Nerf-pistool winnen”, zegt hij, wijzend naar de prijzentafel die vol met speelgoed staat. Hij is rond de klok van half twee al goed op weg, want hij heeft zijn eerste wedstrijd zojuist gewonnen. Hij vindt het ‘altijd leuk’ om te knikkeren, maar hij heeft dit jaar nog niet veel geoefend. Z'n vriend Hugo Hoekjen (9) vindt ‘het winnen’ het leukste aan knikkeren. Hij is er zeker van dat hij dit de komende drie potjes ook gaat doen. 

Jeremy Bierma ziet er ondertussen op toe dat de kinderen zich tijdens de wedstrijden aan de spelregels houden, het gaat tenslotte om het Nederlands Kampioenschap. De 20-jarige scheidsrechter houdt de deelnemers nauwlettend in de gaten en waar nodig grijpt hij in. Dat is, als het toernooi net bezig is, nog niet zo nodig. “Ze houden zich nog goed aan de regels. Maar als ze verder komen in het toernooi worden ze meestal steeds fanatieker.” Dat gaat doorgaans gepaard met de nodige overtredingen van de spelregels. “Als de halve finales komen moet ik daarom goed opletten.” Sommige overtredingen worden regelmatig en door heel Nederland gemaakt. “Het gebeurt vaak dat ze ‘m oppakken en weggooien. En als ze 4-0 voorstaan gaan ze soms expres de knikker níet in de richting van het putje knikkeren, om zo tijd te rekken. Ze zijn wel slim, hoor.” 

Akaash Jankiperstad heeft zijn eerste twee potjes inmiddels op eigen kracht gewonnen. “Het lijkt me leuk om Nederlands Kampioen te worden, maar ik denk niet dat ik ga winnen.” Hij laat echter niets aan het toeval over. “Ik heb elke dag geoefend, maar met zo’n Nederlands Kampioenschap moet ik straks tegen mensen van heel de wereld knikkeren, die zijn zo goed.” Ook de 10-jarige Mateusz Aleksieyczynk heeft in de aanloop naar het het kampioenschap geoefend. “Zo’n zes, zeven keer. Alleen dat was op een vlakke ondergrond, hier op de Markt is het een stuk moeilijker.”
Volgens organisator Koen Driessen kun je een goede knikkeraar hieraan herkennen: “Ze bekijken eerst heel goed de situatie voordat ze in actie komen. Daarnaast kunnen ze zich goed concentreren. Maar om Nederlands Kampioen te worden moet je natuurlijk ook een beetje geluk hebben.” En dat is, helaas voor de honderden deelnemers uit het hele land, maar voor één geluksvogel weggelegd... (JN)

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12
info@delftopzondag.nl